Er zijn koppen, die aan negerplastiek doen denken door de bouw van het gezicht, niet van de kop zelf: alle christelijke tendens is geweken.
Er zijn portretten, zoals dat van Mauriac '43, die zeer levendig zijn en ook werkelijk portret, zozeer naar de natuur gevolgd, dat ook de humor erin verdisconteerd is; doch het portret is verder, het is de humor voorbijgestreefd. Zeer sterk is de werking van het gezicht aan de ene zijde bol, aan de andere bol, echter niet negatief, want lippen en ooglid zijn uitgewerkt.
Prachtig is het dubbelportret van een man en vrouw, waar het even uithollen bijna een zinnebeeldige betekenis schijnt te hebben. Treffend is het versierende en daardoor lieflijke element in dit werk.
Dan zijn er enkele ontwerpen voor oorlogsmonumenten, tenminste dat veronderstellen wij omdat ze daar de allure van hebben, en daaruit gevoelt men in volle omvang de geest van de oorlog, zoals wij die hebben leren kennen: het nauwe traliehek, waarbinnen een man en een vrouw zijn opgesloten; de achterover vallende strijder met gespleten borstkas. Dit laatste is blijkens het bijschrift ontwerp-monument voor een vernielde stad, maar men heeft die vermelding waarlijk niet nodig, zo luid spreken hieruit vernietiging en oorlogsmacht. Hierin is alles uitgedrukt en wij vragen ons af of de beeldhouwers, die op dit ogenblik bezig zijn een dergelijk monument te ontwerpen er niet aan zullen gaan twijfelen of het wel mogelijk zal zijn om dit met andere middelen nog eens te zeggen.
Tenslotte zijn er nog enkele bebeeldhouwde boomstammen. Ook dit is een begrip aan de negers verwant. Al van '26 staat er een Hermaphrodiet, van oudere datum nog een vrouw met kruik, waarin de hele expressie ook iets negerachtigs heeft. Van '37 dateert een metershoge Diana, van later een Daphne uit zeer licht gekleurde stam met het landschap er nog op aangegeven. Wij zullen maar zwijgen van de gehele reeksen prachtige tekeningen en gouaches, alles bijeen een machtig oeuvre! Tenslotte nog dit: in de latere beelden is de onmiddellijke invloed van de negerkunst geweken en vertoont zich die volkomen verwerkt in de eigen uitdrukkingskracht, waardoor de persoonlijkheid van de maker tot grotere eenheid is gekomen.