Ad Interim. Jaargang 5(1948)– [tijdschrift] Ad Interim– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 395] [p. 395] Mijn vriend In memoriam Niek Verhaagen Mijn vriend is dood. God heeft hem weggenomen, schreef men, maar zelf zei hij: ik maak een reis, wie weet of het er láter van zal komen, de tijd is ongewis...... ach vriend, de tijd is wijs. De tijd liet jou van verre tochten dromen en zei: volg maar de weg, die ik je wijs. Het leven is een vluchtig onderkomen, een schuilhut in een eeuwigheid van ijs. Mijn vriend is dood, hoe kan ik dat bevatten, hij stierf op reis, ver weg, in een vreemd land. Hij zei ‘tot ziens’ en wuifde met zijn hand. Wie kan de afstand tot ons weerzien schatten. Hij ging, zo welgemoed, maar stierf. Waarom, O dood, zo onherroepelijk, zo dom! Ab Visser Vorige Volgende