Alle de brieven. Deel 1: 1673-1676
(1939)–Anthoni van Leeuwenhoek– Auteursrecht onbekendGepubliceerd in:
| ||||
Korte inhoud:Verschillende opmerkingen naar aanleiding van een uit Londen ontvangen brief. Over een holte in de gezichtszenuw; over gaten in een gedroogde zenuwcoupe; verklaring van de prikkelgeleiding bij het zien; techniek van het onderzoek der hersensubstantie. | ||||
Figuren:Bij dezen brief behoort een potloodteekening, voorstellende een dwars-doorsnede van een gezichtszenuw. Op dit blad werd te Londen met inkt een ‘Hexapode’ geteekend, behoorende bij ‘An Extract of a Letter of July 28, 1675, by Mr. Lister from York to the Publisher; containing some Observations about Damps, together with some Relations concerning odd Worms vomited by Children etc.’ (Phil. Trans. X. No. 117. 26 Sept. 1675. blz. 393.) Beide figuren werden te zamen afgedrukt op één bladzijde en genummerd resp. als fig. 1 en 2. Een vrijwel met fig. 1 overeenkomende teekening in rood krijt bevindt zich in het British Museum te Londen (Add. Sloane MS. fol. 125), welke daar wordt bewaard bij een door Leeuwenhoeck geschreven fragment van den brief van 22 Januari 1675. | ||||
Opmerkingen:Van dezen brief bevindt zich een eigenhandig geschreven Hollandsch fragment (voorafgegaan van een dito van den brief van 7 September 1674) in de Universiteitsbibliotheek te Leipzig (Nachl. 135), dat volkomen overeenstemt met het Engelsche extract in de Phil. Trans. No. 117. Het is onbekend, hoe deze copieën in Leipzig gekomen zijn. Leeuwenhoeck zond ze tegelijk met zijn brief van 26 December 1674 aan Constantijn Huijgens. | ||||
Letter No. 13 [8].
| ||||
Published in:
| ||||
Summary:Various remarks in connexion with a letter from London. A cavity in the optic nerve; cavities in a dried section of an optic nerve; an explanation of the conduction of the sensations of sight; manner of examining the cerebral substance. | ||||
Figures:This letter is accompanied by a pencil-drawing, representing a transverse section of an optic nerve. On this sheet some one in London drew a ‘Hexapod’, the two figures being printed on one page of the Phil. Trans. Vol. X. No. 117. Sept. 26th 1675, as figures 1 and 2. Fig. 2 should go with ‘An Extract of a Letter of July 28, 1675, by Mr. Lister from York to the Publisher; containing some Observations about Damps, together with some Relations concerning odd Worms vomited by Children, etc.’ (ibidem, p. 393). There is a drawing in red chalk in the British Museum (Add. Sloane MS. fol. 125), fairly agreeing with fig. 1. It is kept there accompanying an autograph fragment of the letter dated January 22nd 1675. | ||||
Remarks:An autograph fragment of this letter in Dutch (preceded by a similar fragment of the letter dated September 7th 1674) is in the University Library at Leipsic (Nachl. 135). It completely agrees with the English extract in the Phil. Trans. No. 117. How they got to Leipsic we do not know. Leeuwenhoeck sent them to Constantine Huygens Sr., accompanying his letter of December 26th 1674. | ||||
[d'Hr] Oldenburgh
Delff in Hollant den 4e decembr 1674
Mijn Heer.
Ick heb gesien dat mijne twee jonghst voorgaende missiven UEdt wel sijn ter hant gecomen, ende dat mijne geringeGa naar voetnoot1 observatien daerinne vervat seer aengenaem sijn geweest. Ick bedanck U.Edt seer genegentlijck voor UEdts aengenamen vanden 26e Octobr. jonghst voorleden ende blijve aen UEdt ten hooghsten verplicht. Gelieft de Heer Boijle van mijnent wegen seer gedienstelijckGa naar voetnoot2 te groeten, ende hem te bedancken dat hij mij gedachtich is. Het Sout inde mijnen vanden 7e 7mbr vermelt, is gemeen Sout, ende alsdoen en waren bij mij geen gedachten, tot eenich andr Sout. Inde selvige brieff seght UEdt sijn twee regels, die wel vereijste wat klaerder gestelt te worden. als Het muskes gekouluert te wesen, dat ick in het oogh sach, heb ick bevonden te bestaen uijt muskus gecouleurde clootgens. Het muskus couluer is bij ons een gemeen woort, ende daer wort bij verstaen doncker graeuw, off anders, muijs vael, off vael swartGa naar voetnoot3. en gelijck de eene mensch blaeuwe oogen heeft, ende een ander weder bruijne oogen, soo spreeck ick van het bruijne couluer dat ick in het oogh vanden os sach, dat heb ick bevonden te bestaen, uijt donckere graeuwe clootgens. Ga naar margenoot+Ick jmageneer mijn selven, dat het blaeuw, dat wij inde oogen sien, bestaet, uijt doorschijnende, en bruijne clootgens door malcanderenGa naar voetnoot4; doch ick sal trachten dit te ondersoecken. UEdt Wenschte wel dat ick met mijn microscope wilde examineren alderhande soorte van wijnen etc. Ick heb dat al van voornemens geweest te doen, maer het vochtich en dampich wedr en laet nu sulcx niet toe; de Asijn heb ick geobserveert ende die is bij mij onder het sout van de planten gesteltGa naar voetnoot5, ende soo UEdt die | ||||
[Delft in Holland, December 4th 1674.
Mr. Oldenburg.
Sir,
I see my two last letters reached you, and that my trifling observations contained in them were welcome to you. I kindly thank you for your obliging letter of 26 October last. Please remember me to Mr. Boyle and thank him for not forgetting me. The salt mentioned in my letter of September 7th is common salt and I never thought at the time of any other salt. You say there are two lines in the same letter that require being expressed more clearly. The musk-coloured matter which I saw in the eye, I have found to be musk-coloured globules. Musk colour is a common expression with us, and we mean by it a dark grey, or else a dun or fallow-black colour, and as one person has blue eyes and another brown ones, so I also speak of the brown colour which I saw in the ox's eye, and which I haveGa naar margenoot+ found to consist of dark grey globules. I fancy that the blue we see in eyes consists of transparent and brown globules, mixed togetherGa naar voetnoot1; but I shall try to investigate this. You express a wish that I shall examine various sorts of wine with my microscope. I have often intended to do so, but the moist and vaporous air does not permit this at present. I have observed the vinegar, which I have placed with the salt of plantsGa naar voetnoot2. You will oblige me | ||||
goetheijt gelieft te hebben, omme mij te verseeckeren vanden ontfangh van desen, ende het geene dat ick hier na sal seggen vande gesicht senuwe, gelieft te communiceren, aende seer vermaerde ende uijtnemende Anatomicus Dor Thomas WilsGa naar voetnoot6, ende wat speculatieGa naar voetnoot7 de gemelte Heer daer ontrent heeft, UEdt sal mij seer verobligeren, ende het is te gelijck het seriues versoeck vande Hr Dor Anato: Schravesande. Soo sal ick niet naerlaten, UEdt de figueren vande Asijn, Mercurius Sublimaet, Sout vande planten etc. toe te senden; eenige bittere en suijere Sausen, het sap van verscheijde planten, sijn bij mij inde nasomer geobserveert, maer aleer daer ijets van te seggen, sal ick wachten dat die weder in haer kracht sijnGa naar voetnoot8. De saden die bij mij voordesen sijn geobserveert, bevinden haer bast ijdr bijsonderGa naar voetnoot9, als met naden puttgens etc. maer het pitGa naar voetnoot10, off meel, dat ick vande saden besichticht heb, hebbe ick bevonden te bestaen, uijt seer subtijle clootgens, Ick was al van voornemen omme mijne observatien voor een tijt te staken, maer UEdts aengenamen heeft mij wedr nieuwen moet gegevenGa naar voetnoot11, ende alsnu voorgenomen te continueren. Ga naar margenoot+Aende gemelte Heer SchravesandeGa naar voetnoot12 communicerende dat ick geen hollicheijt inde gesicht senuwe, en conde waernemen, ende dat ick sulcx aen UEdt hadde geschreven, waer op de selvige Heer seijde dat Galenus op een klaren Helderen dach, | ||||
by acknowledging receipt of this letter and by communicating what I am going to say hereafter about the visual nerve to the famous and excellent anatomist Doctor Thomas WilsGa naar voetnoot3, whose opinion I am anxious to hear. Doctor Anatomiae Schravesande joins me in this request. I shall not omit sending you the figures concerning vinegar, sublimate of mercury, salt of plants, etc. In the autumn I examined some bitter and sour sauces and the sap of various plants; but before giving my opinion I shall wait till they have regained their strengthGa naar voetnoot4. As to the seeds I have examined, I find the skin of each in its own way to be full of seams and little holes, but the pith or marrow I find to consist of very small globulesGa naar voetnoot5. At first I intended to stop my observations for a time, but your kind letter has encouraged me to continue themGa naar voetnoot6.] Ga naar margenoot+Having acquainted Dr. SchravesandeGa naar voetnoot7, that I could perceive no cavity in the Optic Nerve, he told me that Galen had on a | ||||
een hollicheijt inde senuwe gesien haddeGa naar voetnoot13, en over sulcx heeft mij ditto Heer geanimeert noch een mael naeuw kueriger daer na te soecken. Ick heb dan op nieuw genomen 8. distincteGa naar voetnoot14 gesicht senuwen, ende hebbe geremarqueert, dat als deselvige senuwe maer een weijnich van het oogh is afgesneden geweest, dat dan de draatgens etc. daer uijt dat de senuwe meest bestaet, haer incrimpen, welcke incrimpinge vande draatgens, soo veelGa naar voetnoot15 aende buijtekant ofte rock vande senuwe niet en kan sijn, als de draatgensGa naar voetnoot15, die int midd[en] vande senuwe leggenGa naar voetnoot16, ende door dese incrimpinge comt hem ontrent intGa naar voetnoot17 midden vande senuwe, een puttge te vertoonen, dit puttge is na alle aparentie, het geene dat bij Galenus voor een hollicheijt, aengenomen is geweest; ende tselvige is bij mij doorgaensGa naar voetnoot18 gesien. Nu laest weder een gesicht senuwe observerende, heb ick niet alleen het hier voor verhaelde puttge gesien, maer ick heb te gelijck waergenomen, verscheijde andere cleijne ingebooge puttgens, even als off in ijder draatgen, de deeltgens off globule waer uijt dat de draatgens bestaen mede haer int midden inwaerts trocken, op die manier als ick hier vooren van alle de draatgens inde senuwe geseijt hebbe te geschiedenGa naar voetnoot19. | ||||
clear Sun-shiny day seen a hollowness thereinGa naar voetnoot8, encouraging me to view that Nerve again with more attention. I took therefore, afresh, eight [different]Ga naar voetnoot9 Optic Nerves, and observed, that after those Nerves had been but a little while cut off from the Eye, the filaments, of which they are made up, did shrink up, which shrinking cannot be so much on the external surface or coat of the Nerve, as 'tis of the filamentsGa naar voetnoot10 that lie within the sameGa naar voetnoot11: And upon this shrinking up, a little pit comes to appear about theGa naar voetnoot12 middle of the Nerve; and 'tis this pit in all probability, that Galen took for a cavity. This I have remarked on all occasions. Having lately viewed again an Optic Nerve, I not only saw the lately-mentioned little pit, but noted also several other places sunk in, as if each filament had been in the midst drawn inwards [by the component particles, or globules], after the manner by me described elsewhereGa naar voetnoot13. | ||||
Ick heb oock ondervonden dat de senuwe als ick hem liet droogen wel ¾ in sijn dickte was vermindert, off wegh gedroocht; Dese mijne waerneminge, hebben mij doen trachten, de gemelte senuwe te doen droogen, ende datGa naar voetnoot20 die in sijn droogen te gelijck deselvige rondicheijt, (soo veel in mijn vermogen soude wesenGa naar voetnoot21) ofte dickte soude behouden, gelijck de senuwe hadde, soo als hij uijt het Oogh genomen isGa naar voetnoot22, uijt consideratie, datGa naar voetnoot23 soo daer een hollicheijt, inde senuwe was dat dus de hollicheijt, sich soude openbaren, omme redenen, dat hem dan een openheijt ofte separatie inde gedroochde Senuwe soude vertoonen. De gesicht senuwe als hier vooren verhaelt gedroocht sijnde ende deselvige over dwars aen stucken gesneden hebbende, heb ick niet alleen een gat off hollicheijt inde senuwe gesien, maer seer veel openheden, ende seer na gelijck een leere seef daer groote en kleijne gaten in sijn alleen met dit onderscheijt, dat de gaten, inde senuwe niet ront ende alle van een ende deselvige groote en sijn, ende soo regulier niet bij den anderen als de gaten wel in een seeff geslagen worden, maer ick vergelijck dit stuckje senuwe met sijn gatgens daer in, naderGa naar voetnoot24 bij een parckement, ofte ander gedroocht leer, daer gaten in geslagen sijn, seer dicht bij den anderen, ende dat alsdan het selvige leer is nat gemaect, dus nat sijnde, seer starck wort uijtgespannen, als wanneer de gaten in het leer de rondicheijt die deselvige hadden voor het nat maken van het leer, niet behouden, Dese gaten ofte hollicheden, inde gedroochde senuwe siende oordeele ick alsnoch, (gelijck ick voor desen geseijt hebbe)Ga naar voetnoot25 dat de senuwe off draatgens van sachte vloeijendeGa naar voetnoot26 clootgens waren te samen geseth, ende dat deselvige clootgens door het droogen vande senuwe te meerendeelGa naar voetnoot27 waren wegh gewasemt. Ick jmageneerden mij hier, off ijder van dese hollicheijt niet wel een draatgen inde senuwe en ware geweest, ende daer beneffens dat het onnodich was datter een hollicheijt inde gesicht | ||||
I have also found that this Nerve, when I let it be dried, was ¾ less in thickness than before; so much of it being dried away. These Observations invited me to endeavour to dry an Optic Nerve, and to take care, that the same in its drying all at once, might retain (as much as was possible) the same roundness and thickness all over, as the Nerve had when it was first taken out of the EyeGa naar voetnoot14; considering that if there were a hollowness in it, it would then discover it self. Having then dried such a Nerve, and made a transverse segment thereof, I not only saw in it a hole, but very many, which made it resemble a Leathern Sive, wherein are big and small holes, only with this difference, that the holes in the Nerve were not round (no more than they are not all of the same bigness) nor so regularly posited by one another, as the holes in a Sive are: But this piece of the Optic Nerve, together with the holes therein, is more like a piece of Parchment [or other dried leather] in which are made holes close unto one another, and the same moistned, and so stretcht out, whereby the holes in the Parchment keep not that roundness, which they had before moistening. These holes or cavities being in the dried Nerve, I am of the same opinion still (as I was before)Ga naar voetnoot15 that the nerves or fibres are made up of soft fluid globuls, and that these globuls by drying the Nerve are most of them exhaledGa naar voetnoot16. I here thought with my self, whether every one of these hollownesses might not have been a filament in the Nerve; and besides, | ||||
senuwe waer, daer door dat de animale geesten, die de gedaente van het geene int gesicht vertoontGa naar voetnoot28, overvoert tot de HerssenenGa naar voetnoot29;Ga naar margenoot+ Ick beelde mijn selven in het dus te connen geschieden, als bij exempel, ick stelde mijn selven voor een hoogh bier-glas gevolt met water, dit bierglas jmageneer ick mij, een vande draatgens inde gesicht senuwe, ende het water in het glas, de globule waer uijt dat de draatgens vande gesicht senuwe bestaen, ende dat dit water in het glas, op de superfitie, van het water, met de vinger wort aengeraeckt, dese aenrakinge van het water, met de vinger, verbeelt ick mij, het voorwerp, van het geene het gesicht in het oogh formt, ende waer mede de uijterste clootgens, vande draatgens inde gesicht senuwe naestGa naar voetnoot30 het oogh, het subject ofte voorwerp ontfanght, off wort aengeraect; dese aenrakinge, die de vinger het water doet en connen wij niet seggen, dat alleen de superfitie, van het water aenraeckt en beweeght, maer wij moeten toestaen, dat al het water in het geheele glas daer door bewogen wort, ja selffs dat de gront van het glas daer door comt te lijdenGa naar voetnoot31, ende meerdr gedruct wort dan de gront van het glas hadde, voor de aenrakinge vande vinger het water, ende dat te gelijck oock alle de deeltgens van het water, in het glas beweeght worden, dese beweginge die ick hier stel in het water te geschieden, met het aenraken vande vinger, beelde ick mijn selven in, dat de sachte globule die aen het uijterste eijnde, vande gesicht senuwe, naest het oogh leggen, de globule sijn, die het voorwerp, het geene in het gesicht vertoont wort, aenraeckt, (soo daer andersGa naar voetnoot32 eenige aenrakinge is,) ende dat deselvige uijterste globule, dese vertooningeGa naar voetnoot33, ofte aenrakinge, te gelijck aende andere globule, ja selffs soo verre tot de Herssenen etc. overvoert, even gelijck ick geseijt hebbe dat de deeltgens in het water dat int glas is geschieden. | ||||
that 'twas needless, there should be a cavity in the Optic Nerve, through which the Animal Spirits, representing the species orGa naar margenoot+ images in the Eye, might pass into the brainGa naar voetnoot17. But I imagined it might be performed, for example, after this manner; viz. I represent to my self a tall Beer-glass full of Water: This Glass I imagine to be one of the filaments of the Optic Nerve, and the Water in the Glass to be the globuls of which the filaments of that Nerve are made up, and then, the Water in the Glass being toucht on its surface with the finger, that to this contact did resemble the action of a visible object upon the Eye, whereby the outermost globuls of the fibres in the Optic Nerve next to the Eye are toucht. This contact of the Water made by the finger cannot be said to touch and move only the surface of the Water, but we must also grant, that all the water in the Glass is moved thereby, and even the bottom of the Glass comes to suffer, and to be more pressed by it, than it was before the finger touched the Water, and that also all the parts of [the] Water [in the glass] are moved thereby. This motion then of the Water, said to be made by the contact of the finger, I imagine to be like the motion of a visible object made upon the soft globuls, that lie at the end of the Optic Nerve next the Eye, which outermost globuls do communicate the like motion to the other globuls so as to convey it to the Brain. | ||||
Ga naar margenoot+Ick heb een stuckje dat ick vande voorverhaelde gedrooghdeGa naar voetnoot34 gesicht senuwe van een Koebeest overdwars heb afgesneden, voor een microscope gestelt, ende het selve laten uijt teijckenen, tgeene ick UEd hier nevens laet toe comen. Ga naar margenoot+ABCD. is de circumferentie vande gesicht senuwe die niet ront en is gedroocht maer aende sijde CD. wat langh-ront. E. en alle de plaetsen die licht gelaten sijn, sijn Hollicheden inde gedroochde senuwe, en die ick mij jmageneer, dat de draatgens sijn geweest, en waer uijt dat ten merendeel de sachte globule sijn wegh gewasemtGa naar voetnoot35. F. sijn deeltgens, off globule, die inde gaetgens van de draatgens op veel plaetsen sijn, ende die niet en sijn wegh gewasemtGa naar voetnoot35, waer van eenige aen een sijde vande hollicheden leggen, andere leggen weder ront om een hollicheijt, andere leggenGa naar voetnoot36 dwars over de hollicheijt, als G. alle dese deeltgens staken uijt in doorschijnentheijt, en sijn wat na de lichte kant geteijckent. Ontrent ABCD. sijn inde buijtekant vande senuwe eenige doorschijnende crommeGa naar voetnoot37 streepjensGa naar voetnoot38. Ga naar margenoot+Mij is ter hant gecomen de transactien No 106. en alwaer ick spreeck van het breijn, gestelt wortGa naar voetnoot39. Hier kan tegen geseijt worden, dat door het naeuwe pijpje de natuerl. texture van het breijn, seer worden gealtereert, ende gecorrumpeertGa naar voetnoot40. tis wel waer dat sulcx soude plaets hebben datmen de deelen van het breijn niet en soude connen observeren, soo den diameter van het glase pijpje maer drie was, tegens den diameter van een globule van het breijn een, maer gemerckt den diameter | ||||
Ga naar margenoot+I have put before my Microscope a piece of such a driedGa naar voetnoot18 Optic Nerve of a Cow, and how it appeared, you will see by the picture hereby transmitted unto you. Ga naar margenoot+A, B, C, D is the circumference of the Optic Nerve, which did not dry round-ways, but somewhat oblong on the side C, D. E, and all the places that are left white and lucid, are cavities in the dried Nerve, and which I imagine to have been filaments, and out of which, for the greatest part, the soft globuls have been exhaledGa naar voetnoot19. F, are particles or globuls, which are in the little holes of the filaments in many places, and such as have not been exhaled: Of which some do lie on the side of the hollownesses, others lie round about a cavityGa naar voetnoot20, others lie cross a cavity, as G. All these particles were eminently transparent. About A, B, C, D, there are near the edge of the Nerve some transparent windingGa naar voetnoot21 stroaksGa naar voetnoot22. Ga naar margenoot+[Transaction No. 106, where what I have said about the brains is criticised, has come to hand: ‘The objection can be raised that the narrow tube will change and impair the natural texture of the cerebral matter’Ga naar voetnoot23. I admit that one could not observe the component parts of the brain if the diameter of the glass tube were three as against a diameter of one in the case of a cerebral globule. | ||||
van een glase pijpje daer ick het breijn wel in hebbe geobserveert niet drie maer wel 50. ja 100 is, en veel duijsenden van globule van het breijn een kleijne spatie begrijpenGa naar voetnoot41, soo en verhinderen de gealtereerde, ende gecorrumpeerde deeltgens, die meest aen het glase pijpje blijven hangen, echter niet de globule van het breijn alias Herssenen, te remarqueren, UEdt sal mij ten hooghsten verobligeren, soo mij de tegenwerpingen, die tegen mijne observatien gedaen werden gelieft te laten toecomen, omme mijne observatien daer ontrent alsdan weder te mogen doen. Maer mijne geringe consideratien gelieft die over te stappenGa naar voetnoot42 ende altijt gedencken wie dat ick ben. Mijn voornemen is altijt geweest, soo langh mijne speculatien ende consideratien staende te houden, tot dat ick beter onderrecht, off meerder en beter ondervindinge heb, en alsdan mijn voorgaende gevoelen te verlaten, ende het laeste aentenemen ende het oock te schrijven. Mijn Heer ick soude op UEdts aengenamen wel eerder geantwoort hebben, maer alsoo ick gaerne mijne nadr observatien ontrent de gesicht senuwe daer nevens wilde senden, soo is het selvige wat langer aengelopenGa naar voetnoot43, Sijt na gewoonl. groetenisse soo aen UEdt als aen alle de Heeren Lieffhebbers seer gegroet. Ick sal onder des blijven
Mijn Heer.
U.Edts seer verobligeerde Dienaer
Antonj Leeuwenhoeck | ||||
But considering that the diameter of the tube used by me was not three but fifty, nay, a hundred, and that many thousands of globules of the brain take up only a small space, the changed and impaired particles, which mostly stick to the glass tube, do not prevent the observation of the globules of the brain. I shall be obliged to you for sending me the objections raised to my observations, that I may forward my further observations to your address. But please to remember who I am and to take my opinions for what they are worth. I have always intended to stand by my speculations and my considerations till I should be better instructed or more experienced and then to abandon my previous opinions and to accept my latest views and put them down in writing. I would have answered your welcome letter before, but I was anxious to send you my observations about the visual nerve, which has caused a delay. My greetings to yourself and the Curious.
I remain,
Your obedient servant
Antonj Leeuwenhoeck.] |
|