160.
Een liedeken met vruechden goet en dat ic sal ons gaen beginnen. Int walsche Dou vien cela.
(Ps. LXXII)
bel - le je vous sup - ply - - - - - e
que plus a moy ne vous recommandez
tou - siours se-ray de tris - tes - se rem-ply
jusques a tant qu'au vray
je croy que plus vous ne me de-mandez
mais non ob - stant re scripuez moy la bel - le
a - mour nou - vel - - - - - - le.
CHANSONS NOUVELLES, PIERRE ATTAIGNANT Paris 1527.
Vgl. Commer XII 16, de muziek aldaar, door Claudin, heeft niets met onze melodie te maken. Tilman Susato 1551 III geeft muziek zonder tekst onder den titel ‘Dont vien tcela’; de superius, de eenige mij bekende stem, komt niet met onze melodie overeen. Even min doet dat die in het luitboek van Thysius (Land bl. 99). - Pierre Phalase 1641 Livre VII bl. 4. - † 1562 Schriftver. L. (Wackernagel Ndl. Refr. 16). - 1569 † Veelderh. fol. 143 G. - 1570 en 1597 z. Eitner, Bibl. 314. - 1605 † Princesse Lietboek bl. 42. - 1618 † Soetjen Gerrits nr. 2.