Rebels en beminnelijk
(1978)–Belle van Zuylen– Auteursrechtelijk beschermdBrieven van Belle van Zuylen-madame de Charrière (1740-1805) aan Constant d'Hermenches, James Boswell, Benjamin Constant en anderen 1760-1805
Aan Chambrier d'Oleyres, 17 augustus 1792Op uitnodiging van de heer de SerentGa naar eind47. is de heer de Charrière hem gaan opwachten bij zijn passage. Ze hebben elkaar maar weinig gezien, de raadsheren, afgevaardigden, vluchtelingen, omringden de prinsen, en de heer de Charrière ging uit bescheidenheid en verveling maar weg. Hij vond zijn oude vriend erg goed, de Duc d'Angoulème gegroeid en prettig van uiterlijk, de ander nogal dik en waggelend als een echte Bourbon die hij is. Als ware prinsen hebben ze gemeenplaatsen verkondigd. Onder ons gezegd ben ik bang dat het ondanks een nogal deftige opvoeding, maar banale prinsen zijn... |
|