De dichtwerken
(1886)–W.J. van Zeggelen– Auteursrecht onbekend
[pagina 287]
| |
Waar hem een vreedzaam plekje toeft -
Wie is er die zijn beê verhoort?....
Gij zijt het, Bronbeek, lieflijk dal,
Dat uw herbergzaam dak hem biedt,
Die ginds aan Insulindes strand
Het beste deel zijns levens liet.
O, blijf, gezegend vredesticht,
Een heul voor hem die rust behoeft,
Wien na een harden levensweg
In 't Vaderland geen thuis meer toeft.
Verkwik hem in uw lustwarand
Met teugen uit uw levensbron:
Zoo vallen op de grijze kruin
Nog stralen van Gods liefdezon.
1872.
|
|