Historie van den heer Willem Leevend. Deel 3
(1784)–Aagje Deken, Betje Wolff– Auteursrechtvrij
[pagina 125]
| |
Myne lieve Lotje!Voor ik iets anders zeg, hoe vaart gy? Hoe was het, zedert ik vertrok? Gebruikt gy de Medicamenten wel; en geregeld? vermoeit gy u ook te veel? zal er morgen een Brief voor my zyn? Ik vlieg zelf naar het postkantoor: den besteller kan ik niet zitten afwagten. Hoe gaarn had ik u gistren morgen nog eens vaarwel gezegd! Het kon niet - de bienseance moet waargenoomen worden. Ach, men moet zien, hoe ik u eerbiedig! Groet myn besten Vriend, uw waarden Broeder. Zult gy u zorgvuldig wagten van alles, wat u nadeelig zoude kunnen zyn? Wat ben ik ongerust! Ik beef van angst. Ach, myne heele lieve, was ik weder te Leiden! Wees niet kleinmoedig. Leef om hen, die u zo hartlyk liefhebben! Leef ook om uwen Willem. Hy heeft u, myne waarde, zo nodig ter zyner verbetering: uwe goedkeuring is by hem van zo veel gewigt! Ik weet, hoe gelukkig gy denkt over de groote standsverwisseling; hoe gy u voorbereidt, om u die verheeven maatschappye waardig te maaken; | |
[pagina 126]
| |
maar wat zal er van ons worden..... Deeze duistere smartvolle tooneelen doen my derwyze aan, dat ik beevend te rug schrik. Binnen weinige dagen hoop ik u weder te zien. Hoe vuurig bid ik om uwe herstelling! Ben ik dan de Vriend van uw hart niet, myne Lotje? Twyfelt gy, of ik, door alle de betrekkingen der vriendschap, ben
Uwen
w. leevend.
P.S. Geen Brief! ach myne lieve! |
|