CXCIII. (Aagtje Deken aan den heer Schoon, den Haag.)
Myn Heer en Geachte Vriend!
Indien UEd. N0. 11 en 12 der algemeene vaderlandsche Letteroeffeningen bezit voor 1804, zoud Gy my zeer verplichten met de zelven eens te leenen?
Na, uw lief vrouwtje en dogtertje een volmaakte gezondheid gewenscht te hebben, teekene ik my met alle hoogachting
UEds. Dw. Dienaresse en oprechte Vriendinne
A. Deken.
Van Huis: 6 Octbr.: 1804.