Brieven van Betje Wolff en Aagtje Deken
(1904)–Aagje Deken, Betje Wolff– Auteursrecht onbekendCXXXIV. (Aan de weduwe J. Dóll, Amsterdam.)Ga naar voetnoot2Mejuffrouw!
Gesteld om een brief van u te hebben, laat ik voords alles beleefdelyk aan u over. Myn hart zoude bloeden indien ik eene braave, met zorgen overlaaden weduw een oogenblik moeite veroorzaakte. Betaal als het u conveniëert, ik zal er nooit meer over spreeken & zien dat ik het red. Doch onzen ramp is zo volkomen dat wy uit overvloed tot behoefte gedaalt zyn & dat - onherstelbaar. God herstelle uw lief kind & verheug uw moederlyk hart door het in het leven & gezondheid te roepen! Ik had nooit kinderen, maar my dunkt dat ik, die zo zeer tot zachte gevoelens gestemt wierd, kan beseffen wat gy lyd. Geen woord meer over iet zo klein als - Geld. Zie hier nog het vierde boek,Ga naar voetnoot3 ik zal poogen op zyn tyd het overige te zenden. Myne vriendin groet u & ik blyf
Uwe toegenegene Vriendin
Wolff. 's Hage, 27 Juni 1799. |
|