Verzameld dichtwerk. Deel 1. Lyrische poëzie(2007)–Karel van de Woestijne– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 117] [p. 117] De bruid zegt: Hoe wordt mijn lippe week van honig-smaak? - 't Is of 'k met tanden-reek uw tanden raak... Hoe zijn uw oogen klaar van vreemden schijn! 'k Zie er me lévens-waar spíeglend in zijn... 'k Hou mijne leden, als ware ik beschaamd... - Uw adem, om mijn hals, die zoelig aêmt... - Is het een lente-gloed die door me gaat? Hoe toch uw strak gelaat me rillen doet... ... 'k Voel me zoo vreemd, - zoo vreemd bevángen zijn... Uw stille stemme fleemt als zoete wijn. Vorige Volgende