selt, Van Asch van Wijck, De Brauw, Nolens, prof. Treub en de meest bekende figuren uit de Hollandsche kolonie te Brussel, ik meen niet, dat uw gezant jhr. Van der Staal van Piershil aanwezig is geweest (deze was door ziekte verhinderd.)
Onder de Belgen heb ik minister Hubert ontmoet, naast markies De Beaufort, de hertog van Ursel, baron Janssen, graaf Van der Burch, staatsminister Beernaert, Keym, Carton de Wiart, Franck, oud-burgemeester Buls, burgemeester Max en een aantal minder bekende luidjes, te veel om te melden.
Ik zal niet zeggen, dat de buffetten bestormd zijn geworden: zulke Belgische zeden zijn onder uwe landgenooten gelukkig nog niet doorgedrongen, hetgeen niet wil zeggen dat spijs en drank onopgemerkt en minachtend voorbij zijn gegaan, integendeel.... en toen het Zeus' Donderdag beliefd had een einde te nemen, ging het gezelschap uiteen, terwijl de heer Regout tot onder de laatsten bleef en tot in het minste hoekje aan baron Janssen de honneurs van zijn gebouw deed.
Bij het bezoek aan het afzonderlijke gebouwtje, dat den Nederlandschen boekhandel herbergt en waar ik verleden week de witte hemdsmouwen van den uitgever Van Dishoeck heele stapels in folio's had zien torsen, woonde ik zelfs een nogal aardig tooneeltje bij, een tooneeltje, dat ik vooral stichtend durf noemen. Terwijl de heer Van Dishoeck aan barones Janssen, de mooie Hollandsche kinderboeken toonde, waar deze zeer mee ingenomen scheen, leidde mr. Regout den voorzitter van het uitvoerend comité dezer Brusselsche tentoonstelling naar de tafel, waar de Hollandsche uitgevers de kiesche attentie hebben gehad de Vlaamsche boeken, benoorden den Moerdijk uitgegeven, afzonderlijk te exposeeren, en toen mochten een paar Vlaamsche schrijvers de verwondering vernemen vvan den heer Janssen, dat er dan heusch een Vlaamsche literatuur bestond,