Felicien Rops
Naar aanleiding van de aanstaande onthulling van een gedenksteen.
Zondag aanstaande, twintigste dezer maand, zal als is gemeld te Namer, door toedoen van de ‘Société namuroise des Amis de l'Art wallon’, eene gedenksteen worden ingehuldigd op den gevel van het huis, waar de welbekende teekenaar en etser Félicien Rops geboren werd.
De genoemde ‘Société’ wil aldus weer de aandacht vestigen op en den roem bestendigen van een kunstenaar, wiens glorie in den laatsten tijd wel eenigszins aan het tanen is gegaan, doch wiens invloed heden nog zeer levendig is, vooral onder de Luiksche etsersgroep, waar Maréchal en Rassenfosse de voornaamste vertegenwoordigers van zijn, maar ook bij een Brusselaar als Henri Thomas en een Gentenaar als Frans de Boever, om niet te gewagen van talrijke Fransche, en ook wel Duitsche, illustrators, die hem, misschien wel onbewust, blijven navolgen.
Dat het satanisme van Rops uit den tijd is en het gewaagde van sommige zijner voorstellingen ons thans eerder puëriel aandoet dan dat het ons werkelijk in den geest zou treffen, spreekt van zelf. Zijn oeuvre is trouwens, in zijne ongeloofelijke veelvuldigheid, al te ongelijk, dan dat het ons in zijn geheel zou blijven boeien. Wij zijn trouwens in zake boek-illustratie (en dat was toch de voornaamste werkzaamheid van Rops) tot inzichten gekomen, welke met die van den Naamschen meester niets meer te maken hebben en welke wij nu eenmaal voor de eenige