individu waarborgt, is een aanwinst, die bewezen wordt door een André Favory, door een Emmanuel Goudouin, door een André Lhote, die onder de jongste tentoonstellers in ‘Sélection’ behooren.
Individualisme: het was de muur dien de stormram van het theoretisch kubisme indeuken wilde in naam der gemeenschap. Doch, daargelaten dat van een gemeenschap, noch anderdeels van echte opleiding der gemeenschap, vooralsnog spraak kan zijn; daargelaten verder dat gelijkstelling van theoretisch kubisme met een kunst der gemeenschap tot op heden alleen berust op het willekeurig verwerpen der derde dimensie, die men evenmin in de gemeenschapskunst der verschillende kunsttijdperken aantreft of heet aan te treffen (wanneer geeft men ons eindelijk het lijstje der opvolgenlijke gemeenschapskunsten? En waarom blijft men er de Renaissance uitsluiten?); daargelaten eindelijk dat die derde dimensie, waar blijkbaar zooveel op loopt en staat, toch evengoed is te verdedigen als voluumuitdrukking of ‘ronde bosse’ en lineaire vormomschrijving: als zij schijn en onnatuur; - dit alles daargelaten, dat eenvoudig aantoont welke gevaarlijke theoristen schilders doorgaans zijn, stellen wij vast, dat de jongere Fransche schilderkunst haar wordenden roem dankt aan menschen die dezen roem wèl verdienen, omdat zij, ook met het aanvaarden van alle mogelijke beginselen, in de eerste plaats toch prachtige personaliteiten zijn, hetgeen men vertalen kan door: prachtige voorbeelden van individualisme. Of moet het voorbeeld van Derain, van Marie Laurencin, van Friesz, of zelfs van Braque mij tegenspreken?
Lhote is er, in al zijne verscheidenheid, een dankbaar bewijs van. André Favory, niet minder jeugdig-overtuigd