en het is te vreezen dat de uiterst-zuinige kwestuur voor dat millioen den neus ophaalt. Zou de heer Warocqué, die zelf van de kwestuur deel uitmaakt, éen der rijkste menschen van België is, en, gezien zijne corpulentie, het eerste belang heeft bij de verruiming der lokalen en der zitplaatsen, het geld niet kunnen verschieten?...
In afwachting dat we weten, hoe de Kamer er bij heropening uit zal zien, kunnen we al wat meer stelligs zeggen aangaande de werkzaamheden dier Kamer. En hierbij rijst eene eerste vraag: zal de koning dit jaar de werkzaamheden met eene troonrede openen? Men beweert van niet. Niet dat koning Albert de bejegeningen vreezen zou, die hem verleden jaar te beurt vielen, en die, gij herinnert het u, vanwege de socialisten alles behalve vriendelijk waren: nu de socialisten kans zien, na de Meiverkiezingen deel uit te maken van eene ministerieele combinatie, zouden zij zich wel wat tammer toonen. Maar er zijn twee andere redenen, waarvan de eerste is dat het programma der regeering, door den koning verleden jaar voorgedragen, vooralsnog bijna geheel onuitgevoerd bleef, en de tweede, dat de zitting slechts kort zal zijn, vermits de Kamer zes weken vóor de verkiezing - van in Maart dus, - uiteengaat.
Wat nu in dien tijd zal gebeuren? Het kan goed zijn dat de schoolwet weer op het tapijt komt, maar eene geheel gewijzigde schoolwet dan, en waaruit zooals ik u meer dan eens voorspelde, de schoolbon zal verdwenen zijn. Minister Poullet heeft het uitdrukkelijk verklaard op een banket der Christelijke onderwijzers. Ziehier de belangrijkste deelen uit zijne redevoering:
‘Is het ontwerp-Schollaert dan niet ingetrokken? Ik