de grauwe melancholie, het moede en weerzinwekkende der debatten bij.
Den grond ervan, nogmaals blootgelegd door mr. Jaspar, advokaat van prinses Louise, eischeres, kent ge. Koning Leopold's nalatenschap bestaat uit twee groepen: 21 millioen die, na eerste inventaris, aan de prinsessen werden uitgekeerd; en 54 millioen die, naderhand gevonden, door den staat werden opgeëischt als voortkomend van Kongo en die krachtens het afstandstractaat en bijgevoegde acte van 1908 zijn eigendom zijn. De Niederfullbach-stichting gaf daarin toe door overhandiging van wat in haar bezit was. Prinses Clementine verhandelde met den staat. En voor wat prinses Stephanie aangaat: zijn er ook tusschen haar en den staat geen schikkingen getroffen, zij heeft er van afgezien, als eischeres op te treden.
Wil dit zeggen dat de staat in zijn volle recht is? Daar zou de staat om moeten bewijzen dat de 54 millioen, door den koning achtergehouden en verborgen, niet voortkomen uit 's konings privaatdomein. Helaas, alle stukken, alle documenten, alle archieven, die het tegenbewijs konden leveren; heel de boekhouding van het Kongobeheer vóór de naasting is verdwenen. De koning zelf verbrandde het gedeeltelijk; en de staat eigende zich al de overige papieren toe, waar, volgens mr. Jaspar, geen inventaris van werd opgemaakt of althans medegedeeld.
Alleen de stukken der Niederfullbach-stichting bleven bewaard. Zij werden echter bij het huidig proces niet nedergelegd. Te weten wanneer de stichting fondsen ontvangen heeft is nochtans van het grootste belang.
Wat de koffer, na den dood des konings aan barones Vaughan gezonden, bevatte, kunnen wij maar niet te weten