Amsterdamsch a-cappellakoor
Weêr in de Patriazaal, en weêr, meerendeels, om oude, wijdingsvolle muziek te hooren, wijdingsvol uitgevoerd.
Het ware gek van mij, u uw Amsterdamsen a-Cappellakoor voor te willen stellen. Voor de Brusselaars was dit echter iets nieuws, zoowel uitvoerders als uitgevoerde muziek. En 't is ook een heel groot succes geworden.
Wilden wij iets dergelijks hooren, dan moesten wij naar Gent, waar sedert ongeveer tien jaar een zeer geoefend en goed geschoold a-Cappellakoor insgelijks Palestriniaansche muziek en die van vroegere Nederlandsche, Belgische en Fransche meesters uitvoert, waarbij Bach komt. Dit a-Cappellakoor is nu wel wat afgeweken van zijn aanvankelijk programma, en heeft in festivals en prijskampen een gemakkelijk succes gezocht en dan ook behaald, dank zij eene puike rij zangeressen en zangers, onder de leiding van den bekenden Emiel Hullebroeck, hierin gelukkiger dan in eigen composities. Dat de goede weg echter niet geheel verlaten werd, blijkt uit de aanstaande opvoering van Racine's ‘Esther’, met gelijktijdige muziek, ik meen van Moreau; eene zeer belangwekkende poging.
Voor de meeste, helaas weinig-talrijke Brusselaars die daareven het concert bijwoonden - de meerderheid in de vrij-goed bezette zaal bestond uit Hollandsche dames en heeren, - is de uitvoering onder Ant. Averkamp dan ook eene openbaring geweest. En ook eene verrukking. Niet zoozeer misschien om het eclectische van het programma, dat bedoelde een algemeen overzicht der oude en moderne