men het dankbaar heeft aanvaard...
En toen het kroondomein te berde kwam, toen werd het er waarlijk niet beter op. Als zijn voorgangers verdedigde de heer Huysmans de stelling, dat België, door den Koning zoo rijk reeds binnen eigen grenzen begiftigd, hem dat stukje Kongo wel mocht afstaan als privaat eigendom, waarvan de opbrengst toch maar tot ondersteuning van artistieke en literaire werken werden besteed; en toen vroeg de heer Janson of daarvan ook het persbureel, dat door geen enkele begrooting ondersteund wordt, misschien werd betaald, zinspelend op de eensgezindheid waarmede de meeste Belgische dagbladen de overname verdedigen. Inde ira, natuurlijk, bij al de Kongo-vrienden...
En 't besluit van den heer Huysmans, die het aangedurfd had den stier bij de hoornen te vatten, was... een nederlaag. Ook hij, zeide hij, wenschte goed ingelicht te zijn over den toestand van Kongo, maar... dat zou wel komen, later, als de overname zou zijn aangenomen... Want wat hij thans wilde, eerst en vooral, dat was: den Koning bevredigen, en niet wachten tot na zijn dood om in dagen van treurnis en rouw ook de Kongo-erfenis te moeten aanvaarden.
En dat was nu de sterkste pijl der Kongophielen, allicht. En... is niet meer dan een vuurpijl geweest, een ras verzwonden vuurpijl!...
Van de volgende rede des heeren Buyl, liberaal, kwam niet veel terecht: de vermoeide Kamer verrekte haar beenen, geeuwde, vond in gezellige praatjes vergoeding voor een lange aandacht, zoodat de heer Buyl niet veel meer indruk maakte dan een heel ver noodsein op de woedendste der stormzeeën, - alle verhouding behouden, natuur-