28 Januari.
Als aanvulling van het Ferrer-geval (wanneer zal men den mensch wat rust gunnen?) dient vermeld, dat, naar wordt gemeld, het aanzoek der Duitsche autoriteiten tot verwijdering van het bewuste gedenkteeken door het Brusselsch gemeentebestuur niet ingewilligd zijnde (zelfs katholieke raadsleden moeten geweigerd hebben), de Duitsche autoriteiten zelf tot het afbijzen van bedoelden klomp brons zijn overgegaan. Men verzekert mij dat zij er heel den dag al een zeker getal soldaten mede bezig houden, en er bestaat niet de minste reden om dit in twijfel te trekken.
Verder werd vandaag een aanzienlijke werkzaamheid op administratief gebied ontplooid, of althans openbaar gemaakt. Zoo wordt ons op het hart gedrukt dat geen mannelijke Belg tusschen de zestien en de veertig jaar nog over de Hollandsche grens kan, zonder het gevaar op te loopen, dat hij wordt gefusilleerd. Aan deze mededeeling hecht men van hooger hand groot belang, hetgeen blijkt uit de gedrukte uiting eraan, die op rozekleurig papier is uitgeplakt. Het gewone, witte papier heeft men