van het Ferrer-gedenkteeken spijt het mij, eerlijk gezegd, weinig.
Zoo'n openbaar monument, nietwaar, kan de aandacht trekken en vestigen om twee redenen: om wat het bedoelt aan geestelijken inhoud in het leven te houden, en dan - omdat het schoon is.
Geestelijke inhoud van het Ferrer-monument is: verheerlijking der Vrije Gedachte. Die verheerlijking gebeurt in een gemakkelijk te begrijpen symbool: de toorts der verlichting hoog boven de menschen uit, en... geplaatst tegenover eene kerk (misschien wel zonder opzet, trouwens). En men denke nu zooals men wil over de nieuwheid der idee-uitbeelding en de kieschheid in de keus der plaats (waar wellicht van eigenlijke keus geen spraak kan zijn): men moet voor het beeld eerbied hebben, juist omdat het een symbool is. Alle symbool laat vereenvoudigen in het denken toe, en noopt niet te min tot denken, - hetgeen nimmer noch te nergens te misprijzen valt, welke de waarde der gedachte ook weze: wie de wet der minste inspanning kent, zal mij gelijk geven. Trouwens, de waarde van elke idee is precair en betrekkelijk, en de waarheid is al moeilijk genoeg om te bereiken, dan dat men niet trachten zou ze langs de gemakkelijkste wegen te naderen. Zoodat men respect dient te hebben voor alle symbool, dat naar de, steeds problematieke of althans nooit geheel-standvastige waarheid leiden kan, of er maar een oogenblik aan kan doen denken.
Als, wel te verstaan, het symbool schoon is.
Want dáár komt het op aan, immers. De Dorpsschout uit het Museum van Gizeh was in zijn tijd mis-