'Altijd maar bijeenblijven'. Brieven aan C.A.J. van Dishoeck, 1903-1929
(1997)–Karel van de Woestijne– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 194]
| |
161 Laken, 7 oktober 1916Laeken, 7 October.
Waarde Vriend, Vanmorgen ontvangen, stuur ik u vanavond de drukproeven al terug. Ik hoop spoedig het vervolg te krijgen, liefst enkele vellen druks ineens, zooals ik u reeds gevraagd had: aldus vorderen wij het best. Met de correctie daarvan stuur ik u dan het eindstuk.Ga naar voetnoot1 Mijn dank voor de ‘bulletins bibliographiques’; van de bestelde boeken ontving ik nog geen enkel. Misschien zijn ze ook bij u nog niet gearriveerd; ik beveel mij voor spoedige opzending aan, wanneer ze bij u zijn aangekomen. De vrienden komen nu vrij geregeld samen, en dan wordt uw naam meer dan eens genoemd. Vermeylen gaf mij een brief voor u: ik hoop dat mijn censor hem met dezen naar u opsturen wil. Wij allen groeten u van ganscher harte, Sabbe incluis, die, geloof ik, over kort een surprise voor u hebben zal.Ga naar voetnoot2 (Ik ben hierbij onbescheiden misschien, maar vermits Maurits er mij over sprak...) Ons leven in het bijzonder, en het Brusselsche in het algemeen, zijn eerder grauw dan rozekleurig. Maar klagen helpt niet, en daarom zeg ik er maar niets van. Wij zijn betrekkelijk gezond, wat al veel is. Ik-zelf ben sedert een paar weken erg verkouden, en zeer gedrukt. Maar ook dát zal wel overgaan, - precies als de oorlog... Mijne vrouw groet u van harte; terwijl ik u vriendschappelijk de hand druk. Uw steeds genegen Karel van de Woestijne |
|