'Altijd maar bijeenblijven'. Brieven aan C.A.J. van Dishoeck, 1903-1929
(1997)–Karel van de Woestijne– Auteursrechtelijk beschermd54 Sint-Martens-Latem, tussen 20 en 25 januari 1906Waarde Heer van Dishoeck Met de opbrengst der postkwitanties is het treurig gesteld. Ziehier wie betaald hebben, behalve wat ik U in mijn vorigen brief schreef:
| |||||||||||||||||||||||
[pagina 66]
| |||||||||||||||||||||||
Hebben niet betaald:
Gedrukte aankondiging met handgeschreven verbetering door Manette van de Woestijne voor Verzen, 1905. (Collectie Archief en Museum voor het Vlaamse Cultuurleven, Antwerpen.)
| |||||||||||||||||||||||
[pagina 67]
| |||||||||||||||||||||||
Wat moet ik met die kwitanties doen? Wil ik ze weer, binnen een paar dagen, boven op de post bestellen?Ga naar voetnoot1 Of stuur ik ze u terug? Het beste ware misschien, die menschen met een kaartje te verwittigen dat een postkwitantie binnenkort opnieuw zal worden aangeboden. Deze die een reden hadden om niet te betalen, zullen ze u dan wel opgeven... Met de hoop op een berichtje van u, verblijf ik, met vriendelijke groeten, Uw d.w. dr. Karel van de Woestijne
Zaturdag even opgestaan, ben ik weêr in mijn bed mogen keeren! |
|