Willem Witsen aan Elizabeth Witsen-van Vloten
Plaats: [Amsterdam?] |
Datum: 15 juni 1904 |
Verblijfplaats: UBA, XXX A 46, 1044 en 935 |
[1:1]
Woensdag avond 15 Juni
1904
Wat ben je toch 'n type Beb! Zoolang je geen gebrek hebt aan geld zou 'k er maar niet over denken want dààr gaat 't ook al net mee als met andere dingen die je in je hoofje haalt en er dan op door gaat of 't werkelijk zoo is. Gelukkig nog maar dat ik opschrijf tegenwoordig en alles kan verantwoorden, al is 't dan maar alleen tegenover mezelf! Je doet nu net of je op mij in 't vervolg heelemaal niet meer kunt rekenen en of je niets meer hebt van die f 2 000 van je mama waarvan je voorloopig maar f 1 000 krijgt. Als dat zoo was zag 't er ongelukkig
[1:2]
met je uit! Ik heb je op dat punt al zoo dikwijls in mijn brieven gerust gesteld en je gezegd dat je als je geld wilt hebben 't altijd krijgen kunt, ook grootere sommen van 't gedeelte dat je eigendom is (bij Bernet & Co.) dat, nu je toch weer zóo schrijft en zulke geweldige dingen durft neerschrijven (als b.v. ‘dat zijn de feiten waar ik meê heb te maken’) - ik wel moet gaan denken dat je gewoon niet gelooft wat 'k je zeg - en als dat zoo is dan vind 'k 't vreeselijk verdrietig omdat 't de verwarring maar grooter maakt en wij beiden gaan tobben, ieder van 'n anderen kant, terwijl 't heelemaal niet noodig was. Wat kan 'k nu toch meer zeggen dan: zeg maar hoeveel je hebben wilt dan zal 'k 't
[1:3]
je sturen’! En aardig is 't niet van je, lieve Beb, van me te verwijten dat 'k er altijd iets bij zeg wat 't je moeielijk maakt want dat is verkeerd begrepen en 'k bedoel 't zoo heelemaal niet. Ik weet dat je heel zuinig bent (veel te zuinig dikwijls naar mijn idée!) maar 'k weet ook dat je graag spaart en wel graag bij v. Hamel 'n potje opzout! Dat vind 'k nu wel heel aardig en 'k zou je daar graag in helpen maar dan zou 'k in andere omstandigheden moeten verkeeren dan 't geval is. En dezen winter is 't zóo geweest dat 'k geld heb moeten leenen om je wat meê te kunnen brengen (begin Oct.). Maar zóo slecht als 't toen geweest is dat is ook heel bar en tegenwoordig is 't gelukkig weer wat beter. Maar je rekening is toch niet goed als je zegt dat 'k je ‘over 't geheel,
[1:4]
sints je hier uit 't land bent,’ maar f 2 000 heb gestuurd. Alleen al in de laatste 1½ jaar, d.i. sints we ieder onze eigen rekening hebben heb je van mij gehad meer dan f 3 100. Terwijl 'k je volgens overeenkomst had moeten geven f 4 500 zoodat je daar f 1 400 aan te kort bent gekomen. Dat dit zoo is, is niet door mijn schuld want als Groesbeek me niet in den steek had gelaten had 'k 't je graag gegeven. Ik heb zelf 't heele jaar, verleden jaar, maar f 3 500 verdiend! en daarvan nog 'n gedeelte, in mindering van schuld aan de jouwe, niet gehad! In zulke omstandigheden moet je 't me niet verwijten als 'k erbij zeg als 'k je geld stuur ‘'k stuur je dit voorloopig maar’ of ‘spoedig!!! hoop 'k meer te sturen’ of ‘ze houden mij zoo kort’. Wat kan ik er aan doen als Groesbeek 't gevraagde weigert! Je weet trouwens heel goed, of je moest 't weten, dat 'k liever
[2:5]
m'n heele boeltje zou verkoopen, dan je in den steek te laten en de eénige manier waarop jìj 't mij gemakkelijker kunt maken is door er mij van op de hoogte te houden als je geld op is en 't mij te zeggen als je 't noodig hebt. Sints mijn laatste rekening-courant met de firma heb 'k mijn heele schuld bij hun afgelost en op 't oogenblik heb 'k zelfs eenige honderden te goed iets wat me nog nooit overkomen is! En als 'k nu maar weer geregeld teekeningen en schilderijen afleverde zou alles van zelf gaan want 'k heb nog nooit zoo weinig schuld gehad als tegenwoordig. Er is dus heelemaal geen reden van klagen voor mij en geen reden om over je toestand te tobben, voor jou. En dergelijke plannen, om 'n gedeelte van je huis te verhuren, zijn absoluut onnoodig. Er zijn trouwens te veel bezwaren aan verbonden die je
[2:6]
zelf al heel gauw zou ondervinden. In theorie lijkt 't nog wel aardig, hoewel alles wat je er van hebben kunt 'n onnoozele f 500 à 600 is waar je niets meê doet. Dat is, in 't beste geval wat je er meê wint terwijl daar tegenover staat 'n massa akeligheden, afschuwelijke dingen waarvoor je graag f 600 op den koop toe zou willen geven om ze kwijt te wezen! Doe dat maar als 'k dood ga als je 't dan nog noodig vindt (wat 'k niet geloof). Overigens zou 't te bezien staan of je er iemand voor zou vinden en bovendien heb je geen ruimte over, vooral als je mìj 'n kamer boven wilt afstaan waar 'k altijd terecht kan. Enfin, wacht 't eerst maar eens af tot dat je hier bent en er over oordeelen kunt. Maar 't spijt me dat je 't aan v. Hamel schreef. Het behangertje is bezig met 't leggen van de zeilen en aanstaanden Dinsdag ga 'k er weer heen om de gordijnen
[2:7]
uit te pakken. Luister 's Moef: 'k wou die blauwe maar zoolang op hangen om je niet in zoo'n kale boel te laten komen; als 't niet goed is kun je 't makkelijk veranderen 't voornaamste is dat ze passen en dat de roeden er zijn. Er kan best 'n inslag in gemaakt en er zijn er toch drie paar (en eén halve) mag dat? Je moet me maar mijn gang laten gaan; als 't niet naar je zin is kun je 't weer weg nemen; 't kost je niets, Beb. Zoo is 't ook met den tuin: 'k heb 't 'n beetje laten opknappen (je moet weten wat 'n woestijn 't is, zoo'n stuk grond om 'n pas gebouwd huis!) en er wat bloemen gezet voor de gezelligheid maar er kan eigenlijk niets aan gebeuren voor den herfst. Voor alle struiken en boomen is 't natuurlijk te laat en voor de meeste planten ook; 't ziet er dus erg kaal uit en om dat in orde te krijgen moet je geduld hebben tot 't volgend jaar.
[2:8]
Je boekje is besteld. De N.G. zal wel komen en er voor bedanken hoef je niet want je krijgt 'm altijd present; ik ook. Van dubbel betalen is dus geen sprake. - De matten waren vandaag nog niet gekomen maar dat kan ook haast niet als ze Maandag verzonden zijn; 'k vind 't wel onvoorzichtig om te betalen vooruit, in zoo'n geval. Als ze gauw komen schieten we 'n heel eind op! Rosema is er Zondag geweest - 'k heb haar met Pam naar Artis laten gaan omdat ik moest schilderen aan 'n portret van Verster, Pam's vriend. Ik vroeg haar wel of ze eerder weg kon maar ze zei dat die mevrouw haar niet eerder wil laten gaan. Dat wordt dus 10 Juli? Pam is weer meê geweest en we hebben weer in Zandvoort koffie gedronken samen. Zijn pakjes staan hem heél goed maar ze zijn erg gewoon en 'k mag ze volstrekt niet zoo graag. 't Grijze heeft 'n kraag die te hoog is en die heb 'k in den winkel laten veranderen maar je kent de eigenwijsheid van
[3:9]
dat soort! altijd half! Maar hoewel die kraag nog altijd te hoog is staat 't toch overigens wel aardig - ook 't andere. Zijn blauwe is niet in 2 dagen vuil, dat was 't witte, dat duitsche! Vandaag, voor 't eerst, heeft hij onvoldoende ontlasting gehad, maar 'k heb hoop dat 't morgen ochtend terecht komt want hij heeft flink gegeten en z'n tong is best. Nu ben 'k bang dat deze je te lang is en te slecht geschreven. Ik verlang erg om jullie te zien en Pam ook, we praten er dikwijls over, dat lieve Ekie en 't kleine mannetje. Die Eek, wat heeft hij Pam 'n aardigen brief geschreven. 't Tooverboekje is gekomen en Pam was erg verrukt en is er dadelijk in gaan lezen, later samen en we hebben erg gelachen om de poetsen. Dag lieve Beb, schrijf me gauw 's of je geld noodig hebt, 'k zal 't je dadelijk sturen, hoor, en je geen pillen meer laten slikken. Neem de kneipsche maar, die liggen niet zoo zwaar in den maag!
Heel veel hartelijke groeten ook aan E. en Nootje van Pam en
Vafie
dag Beb.