Willem Witsen aan Elizabeth van Vloten
Plaats: [Amsterdam] |
Datum: 4 juni 1892 |
Verblijfplaats: UBA, XXX A 46, 912 |
[1:1]
4 Juni 1892
Mijn lieve meisje, 'k ben gisteren niet meer geweest naar de Catacomben en ook niet naar Versluys; want, mijn lieveling, wat 'k je niet geschreven heb is dat 'k gisteren ochtend opgestaan ben met maagpijn - maar 'k had hoop dat die wel gauw over zou gaan, - maar gisteren middag toen 'k m'n brief op de post gedaan had moest 'k in bed gaan liggen van de pijn, - en om half zeven ben 'k weer opgestaan om te gaan eten; 'k ben toen even naar Mast gegaan waar 'k 'n bouillon genomen heb en 'n stukje visch en verder ben 'k gegaan naar Sam maar toen 'k op 't Frederiksplein was dacht 'k misschien heeft hij visite en 'k voelde me zoo beroerd dat 'k geprefereerd heb om met den tram naar huis te gaan. Dus, liefste Bebpy is Pim niet om half twaalf op z'n kamertje gekomen maar lag hij al om half negen in z'n bedje waar hij tot nu toe ('t is ½ 4)
[1:2]
allerberoerdst ligt met hevige pijn. O die nacht waar geen eind aan kwam en eindelijk de juffr. om negen uur - 'k heb haar direct naar Sam gestuurd en die is zooeven om 3 uur gekomen. Hij zegt 't is 'n zware kou, 'k moet maar water verbanden leggen en streng diëet houden en in m'n bed blijven, tot de pijn weg gaat. Maar de pijn is zoo veel erger dan toen we uit Londen kwamen en 'k kan nu nauwelijks schrijven omdat 'k 't veel erger krijg als 'k maar even beweeg. Maar 'k heb Bebpy d'r brief gekregen en hoewel 't geen vrolijke is was 't toch zoo heerlijk om 'm te krijgen. 't Is wel naar dat 't zoo lang duren moet voor je weer hier komt, maar als Bebpy dat goed vindt moet Pim zich er ook wel bij neerleggen. Ik ben natuurlijk aldoor alleen, niemand weet 't en 'k prefereer 't toch zóo - alleen zou 't wel heerlijk zijn om Beb d'r heerlijke handjes in de mijne te hebben als 'k zoo'n pijn moet uitstaan. Enfin, 't zal wel gauw over zijn. De Juffr. is nu
[1:3]
uit om 'n drank te halen en guttopercha papier van Houtkoper in de Utrechtsche straat en 't zal nog wel lang duren. Ik probeer te lezen maar m'n hoofd is ook zoo raar; 'k denk koortsig. Schrijf me morgen maar 's 'n langen brief mijn Beb, doe je dat? O 'k vind 't veel prettiger zoo alleen in m'n kamertje dan kan 'k rustig denken aan m'n kindje als 's even de pijn niet al te erg is. M'n lieve Beb, m'n heerlijke meisje dat zeg 'k zoo dikwijls heel zacht, hoort Bebpy 't wel? Tot Donderdag mijn Beb? 't Is wel vreeselijk lang, dag mijn eigen lieveling - Bebpy, Pim houdt zoo veel zoo veel van z'n heerlijke kleine meisje, dag o nu even je handje op m'n voorhoofd, - 'k voel 't zoo m'n Beb, - denk maar veel aan je eigen jongen. Jouw jongen, - van Bebpy,
dag lieveling
je eigen
Pim