Willem Witsen aan Albert Verwey
Plaats: Ewijkshoeve |
Datum: 7 december 1887 |
Verblijfplaats: UBA, XLI B, 17995 |
[1:1]
Ewijkshoeve bij Baarn
7 Dec. '87
Wat 'n geluk dat 'k niet over Arti geschreven heb, Albert! Ik had nota bene zoo'n spijt dat 'k geen gelegenheid had omdat 'k een en ander te zeggen had - en dan.. nu ja dat doet er niet toe. - Maar 't stuk van Valk vind 'k enorm, vooràl om z'n manier van de dingen te zeggen want iets nieuws is 't niet wat-i beweert. Er zijn natuurlijk dingen in waarmeê 'k 't niet eéns ben maar dat is héel natuurlijk, ook dingen die 'k liever niet gezegd zou hebben maar.. wie zal zeggen wie gelijk heeft?
Willem en jij, jullie zijn... nu ja dat weet je beter dan 'k - maar weet je over wien 'k me verbaasd heb? Over Goes. - Eerlijk gezegd, heb 'k altijd zoo'n beetje gedacht dat die Goes wel
[1:2]
zou verzuipen in z'n politiek - en daar schrijft-i in eens over literaire critiek, over Vondel en Zola en de heele letterkundige winkel, in eén woord over te Winkel zoo als 'k niet gedacht had dat-i 't kon. Z'n woordspelingen bevallen me anders niks. Wat 'n voortreffelijk idée, die rubriek boekbeoordelingen! En wat goed van v. Eeden en van jou, - nu ja..!! - en van Hein! Ik krijg respect voor jullie werken. De kroniek heb 'k zeer gedelicateerd. - Je weet niet wat dat voor me is, zoo'n aflevering waar twee maanden werk in is geduwd - en vooral hier waar 'k met niemand spreek dan 'n paar noodige woorden met m'n zuster of m'n vader of een of andere knecht of meid - 'k zit altijd op m'n atelier of 's avends in m'n boeken. Toen 'k de aflevering uit had wilde 'k naar Amsterd. maar 'k heb me bij tijds beredeneerd; 'k ben nog te
[1:3]
veel in m'n werk. En buiten dien ben 'k 'n dag of wat in den Haag geweest; dat is ten deele ook de reden dat 'k je niet antwoorde. Dank je wel zeer voor je surprise - dat was 't waarlijk. Je sonnet gaf me de impressie van 'n gezicht op Amsterdam, zoo als 'k 't altijd nog zie - zooals 'k 't voor dien tijd nooit gezien had, maar zooals 'k 't zag bij jou (achter) uit 't dakvenster, vol en gecompliceerd; 'k bedoel natuurlijk niet 't geheel dat heel iets anders is, maar de stof op zichzelf. - En daar houd 'k van. Aletrino kan 'k niet apprecieeren, - 'k heb er niets aan; 'k vind 't niet echt. - In de eerste weken kom 'k niet in A. - 'k Heb te veel te doen en gebrek aan 't een en ander; 'k zal me zeer gevleid voelen als je me 't genoegen 's doen wilt om hier te komen, maar Albert, wacht dan nog 'n beetje dan is m'n schilderij misschien klaar en dat is prettiger. - Maar 'k had 't uit mezelf je niet gevraagd omdat m'n omgeving niet van de aangenaamste is - of zie je daar niet tegen op? Je kunt over niets praten zonder al dadelijk te stuiten op 'n allergewoonst burgermans begrip. Enfin, als je lust hebt, - ik zal 't heel prettig vinden; 'k schrijf je dan 'n kaart als 'k klaar ben. - Wat zijn onjuiste begrippen over kunst? Ik dacht dat wanneer iemand onjuist redeneert over kunst 't 'n gevolg is van z'n niet begrijpen, in tegenstelling met iemand die veel begrijpt, maar zoodra 'n bewering onjuist is kan er geen kwestie meer zijn van begrip - (en dan nog wel in 't meervoud!). Wie heeft dat kleine stukje over Arti geschreven? 't Is goed, maar die grootheid van de Marissen en Breitner is pis. Dat à propos van begrip. Voor mij is begrip 't quadraat van gevoel, en iemand die dat schreef voelt wel maar begrijpt niet.
Tot later, 'n hand, dag Albert,
t.t.
Wim