Biographisch anthologisch en critisch woordenboek der Nederduitsche dichters. Deel 6 VIC-ZYP
(1827)–P.G. Witsen Geysbeek– Auteursrechtvrij[Dirk van Well]Well (Dirk van). Uit een bundeltje Stichtelijke Gedichten, hetwelk deze in 1729 teUtrecht liet drukken, vernemen wij dat hij den 28 December 1645 geboren was; Niemant wiste
zong hij met zelfbehagen op zijn' veertigsten verjaardag, stem: Psalm XXXVIII, Iets te zeggen tot mijn leet;
Ik waer Heyde, Turk noch Jode,
Ook geen snoode
Rover, dief, by dit dekreet
Ga naar voetnoot2.
Dit was toch ook ten naastenbij de taal van den Phariseus (Luk. XVIII, vs. 11); maar de vrome ziel meende het zeker zoo erg niet, zoo min als hij dacht dat iemand er ooit om lagchen zou, toen hij, op de vois van Gezwinde bode van de Min, devotelijk aanhief: Heersch o Jesus souverein,
Verdryf, ja vergruys
't Mierenest, dat krielt onrein,
En maak tot uw huys
Dit myn hert zeer vereelt
Ga naar voetnoot3.
| |
[pagina 447]
| |
In 1725 bad hij op zijn' tachtigsten verjaardag in tachtig zesregelige coupletten nog om ten reinste tachtig schriftuurlijke zegeningen, Opdat ik als een mestkalf groei,
zeide hij naïf in het 52ste couplet Ga naar voetnoot1. Men beschuldigt de philosophen, maar zulke ellendige, domme dweepers bespotten, onteeren en benadeelen den godsdienst vrij wat meer dan de bescheiden bedenkingen, die een verstandig man tegen sommige godgeleerde stellingen oppert, welke doorgaans gemakkelijker zijn te veroordeelen dan redelijk op te lossen of bondig te wederleggen. Achter den titel van deze armzalige prulrijmen staat: ‘Uitgegeven volgens kerkenorde, na voorgaande onderzoek en goedkeuring der eerw. klassis van Utrecht:’ welk eene schande voor de eerw. klassis van Utrecht, dat zij het handschrift niet in het vuur smeet! |