Tooneelpoëzy. Deel 1
(1774)–Lucretia Wilhelmina van Merken, Nicolaas Simon van Winter– AuteursrechtvrijNicolaas Simon van Winter en Lucretia Wilhelmina van Merken, Tooneelpoëzy. Deel 1. Pieter Meijer, Amsterdam 1774
DBNL-TEI 1
Wijze van coderen: standaard
-
gebruikt exemplaar
exemplaar Universiteitsbibliotheek Amsterdam, signatuur: OTM: OG 63-114, scans van Google Books
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Tooneelpoëzy. Deel 1 van Nicolaas Simon van Winter en Lucretia Wilhelmina van Merken uit 1774. Het complete werk bestaat uit twee delen.
redactionele ingrepen
Paginanummers 119 tot en met 122 komen in het origineel tweemaal voor - na pagina 122 begint de nummering opnieuw bij 119. Dit is niet verbeterd.
p. 240, 448: accolades verspreid over meerdere regels kunnen in deze digitale versie niet weergegeven worden. Daarom wordt de accolade hier, met bijbehorende tekst, op iedere regel herhaald.
p. 550: de errata zijn in deze digitale versie doorgevoerd in de lopende tekst. De opgave ervan is verplaatst naar dit colofon. Bij het erratum voor pagina 32 staat in het origineel abusievelijk paginanummer 26 vermeld. Dit is in deze digitale versie verbeterd.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina's (II, 2, t.o. 3, t.o. 15, t.o. 21, t.o. 37, t.o. 55, t.o. 79, t.o. 99, 116, 118, t.o. 119, 230, t.o. 231, 338, t.o. 339, 446, t.o. 447) en pagina's met advertenties (551, 552) zijn niet opgenomen in de lopende tekst.
[pagina I]
TOONEEL POËZY
VAN
NICOLAAS SIMON VAN WINTER,
EN
LUCRETIA WILHELMINA VAN MERKEN.
Te Amsterdam,
By PIETER MEIJER, op den Dam.
MDCCLXXIV.
Met Privilegie van de Ed. Gr. Mog. Heeren Staaten van Holland en Westfriesland.
[pagina IV]
Het Beleg der Stad Leyden. | bl. 15. |
Jacob Simonszoon de Ryk. | 123. |
Monzongo, of de Koningklyke Slaaf. | 233. |
De Camisards. | 341. |
Maria van Bourgondiën, Gravinne van Holland. | 449. |
[pagina 550]
MISSTELLINGEN en VERBETERINGEN.
Bladz. 4. reg. 22. | Staat aan de Valdez lees: Staat des aan Valdez |
8. reg. 15. | in alle en menigvuldige lees: in deeze en menigvuldige andere |
9. reg. 13. | de Valdez lees: Valdez. Men gelieve in deeze voorrede, zo ook bl. 39. reg. 7. en waar vervolgens de naam de Valdez voorkomt, Valdez te leezen, dewyl hy een Edelman geweest is, en de voorzetsels de en van by de naamen der Edelen, van hen spreekende, niet te pas komen. Deeze misslag is hier by louter verzuim, niet door onkunde ingesloopen. |
19. reg. 9. | Ik schat de Valdez hoog; lees: 'k Schat waarlyk Valdez hoog; |
25. reg. 22. | Wy kennen Spanje. Ik wil de Valdez roem niet krenken;
lees: Wy kennen Spanjes doel. 'k Wil Valdez roem niet krenken; |
32. reg. 5. | jongsten lees: jongste |
64. reg. 5. | haare legerwallen lees: zyne legerwallen |
123. reg. 12. | Moncado lees: Moncada |
124. reg. 16. | Hy wierd lees: Hem wierd |
126. reg. 16. | zyn' ouden dienst lees: zyn oude dienst |
155. reg. 19. | Cetadelle lees: Citadelle |
177. reg. 1. | boei ze, lees: boeit ze, |
214. reg. 2. | trotsche lees: trotschen |
224. reg. 1. | Staa lees: Staat |
279. reg. 4. | Meesteresse lees: Meestresse |
305. reg. 13. | was het genoeg lees: was het niet genoeg |
380. reg. 15. | straksten lees: straks ten |
408. reg. 6. | berracht lees: betracht |
411. reg. 4. | haar' jongsten lees: haar jongste |
419. reg. 4. | Hy was lees: Hem was |
436. boven reg. 10. | de ry lees: den ry |
447. reg. 16. | waardige lees: waarde |
495. reg. 5. | ik ben dien lees: ik ben die |
496. reg. 12. | die vertreeder lees: dien vertreeder |
518. reg. 10. | die gy lees: dien gy |
538. reg. 10 | Dat gy op 't spoedigst van dit voorval
lees: Dat u met allen spoed dit voorval |
NB. Drukfeilen van minder belang gelieve de kundige Leezer zelf te verbeteren.