Algemeen Nederduitsch en Friesch Dialecticon. Deel 1
(1874)–Johan Winkler– Auteursrechtvrij
[pagina 20]
| |
V. Pommeren.Over de geheele pruissische provincie Pommeren is de nederduitsche taal verspreid, met uitzondering van een klein gedeelte in den uitersten noordoosthoek aan de Oostzee, in de omstreken van Leba, waar een volkje van slavischen stam woont, de Kassuben, die een aan het poolsch verwante taal spreken. Het nederduitsch wordt in Pommeren in een nedersaksischen tongval gesproken. Pommeren is een echt nederduitsche landstreek. Ten platten lande wordt er overal nederduitsch gesproken; ook in de kleine steden. Slechts in de groote steden, te Stettin, Greifswald, Straalsond, enz. wordt door de bevolking, vooral door die uit den aanzienlijken stand, hoogduitsch gesproken; welk hoogduitsch echter bijkans dien naam niet mag dragen, omdat het zeer vermengd is met nederduitsch. Even als Pommeren door de rivier de Oder in twee deelen, Vooren Achter-Pommeren wordt gescheiden, zoo kan men ook twee hoofdtongvallen van het pommersche nederduitsch onderscheiden. De tongval van Achter-Pommeren zweemt meer naar het westpruissische nederduitsch, die van Voor-Pommeren is weinig van het mecklenburgsch onderscheiden. Buitendien hebben vele landstreken en vele steden in Pommeren haar bijzondere eigenaardigheden in de dagelijksche spreektaal. |
|