De dieven
Zaterdag
Eindelijk heb ik weer een tehuis. Niet te geloven! Het is een groot stenen huis en het is geschilderd in allerlei vrolijke kleuren.
Ontdekt tijdens één van mijn lange zwerftochten. Het was toen al laat in de avond, alles was donker. Ik zag een man en een vrouw voor het huis staan. Ze waren nog jong, de vrouw droeg veel gouden sieraden. Ik hoorde ze tekeer gaan. Ik wilde rondsnuffelen, en eens kijken wat er aan de hand was.
‘Kijk eens wat die schurken gedaan hebben!’ hoorde ik de vrouw jammeren. Haar stem klonk alsof ze wilde gaan huilen. Zo'n grote vrouw!
Toen klonk de boze bromstem van de man: ‘Het hele huis hebben ze leeggehaald, die bandieten! Laten we meteen de politie bellen!’
Nu wilde ik laten zien wat ik waard was. Ik sprong tegen ze op en blafte, en gromde, ik stelde me verschrikkelijk aan.
‘Die hond is flink hoor,’ zei de vrouw. ‘Laten we hem in huis nemen. Dan komen de dieven geen tweede keer.’