Waarschouwing.
De leevens byzonderheden van het hedensdaags Alcibiadesje, zyn verschooven tot aan den toekomenden maandag, dewyl den Laplandschen Demon eerst op dit moment uyt de Eyland-Stad van de Maagd, die gezuykerde bakermat dan dat bovengemelt reusje, wederkeert, belaaden met een riem papier vol wonderbaarlyke avontuuren, als by voorbeelt.
Alcibiades triomfante intreede in de hoofdstad van een Bisschoppelyk Sticht, schrylings te paerd gezeten op een Bunschootensche Botkar.
De verschrikkelyke avontuur van den bezwooren paling, die dat doolent Riddertje door het water sleurde, van Monte Ceraso, tot aan de hoofdstad der Zoetekoekbakkers.
De onbedenkelyke patrysvangst met lymstangen, in het Noorden, en dat noch in 't hartje van een felle vorst, en zo voorts; alle welke geloofwaardige gevallen Alcibiadesje opsnyd, zonder dat hem de leugens op de tong bevriezen, tot een overgroote verbaastheyt voor alle de aanhoorders; het geen noch onlangs een stofscheydent wysgeer deet uytroepen, Hoe is 't mogelyk dat zulk een Zuykeruyltie zich opwerpt tot een martelaar van den leugen, daar een zeker Kalamuks Rabbyntie zulks weygert te doen voor handtastelyke waarheden.
EYNDE.