deele had geproeft, en den Traktant ten heele was verzaadigt, begroete hy de Landmuys met deeze Woorden.
Het is me leet, Vriend van de Wouden, dat ik uw ontmoet in zo een geringe staat, waarlyk de Goden hebben uw een al te groote Ziel gegeeven in zo een geringen Omtrek. Laat de wilde Dieren zig vertrekken in het Duyster, en laat de Tygers huysvesten in onderaardsch Holen, een Persoon van uw Verdienste behoort zig op te voeren in groote Steden, die dient de grootmoedige Wellust van het Haagsche Hof te smaaken, dat dartel Luylekker land alwaar alle de Muyzen van Fatsoen na toe vloeyen; en alwaar duyzende schoone Zy-Muyzen op uw zullen lossnorren, die demoediglyk voor uw zullen achter over tuymelen op het boogste Bot.
Kom, Vriend, dewyl de Tyd loopt met ons uuren speelen,
Laat ons het Overschot met Epikuur verdeelen
Kom, smaak de Wellust van Korinnas rype Schoot;
Die Wellust, die een Muys gelukkig maakt en groot.
Helaes! wat Deugd is bestendig tegens de Eer en tegens de Wellust? Wat Wysheyt kan die t'zamengespannen Toverey afkeeren? Die Beloften sleurden den Woudbroeder uyt zyn onderaardsche Cel, die hong de Kap op den Tuyn, en die verzaakte de groene Eenvoudigheyt, om het vergult Bedrog te volgen, dat hem op de Poot in de Stad, en toen regelrecht geleyde in het Huys van Madame Table Ouverte, een Paleis gewyd aan de drie Beschermgoden der Sardanapalisten, aan Ceres, aan Venus, en aan Bacchus. De Historie zegt, Dat 'er eenige Ceremonien voorvielen, wie dat eerst zou intreeden, van Nu, myn Heer, ik zal de Eer hebben om uw te volgen; O vergeef me, myn Heer, ik heb uw alle Onderdaanigheyt gezwooren; wel, myn Heer, ik staa onder uw Beveelen; doch het is beter bot als obstinaat, en alzulke Tydverleuteringen.
Madame gaf by geval Bal aan haar Hof, zo dat het was Hartje wat lustje, en Mondje wat begeerje, waar op de Veldmuys op alle die Delikatessen toeschoot, gelyk als een Spaanjaart op een vrye Maaltyd, of als een Gildeknaap toeschiet op de Ruynen van een Gildefeest, smullende tot dat zyn Buykje zo strak stond als het groene Kleed over een Coffihuys Truktafel, en hy sorteerde het