om 'er aan den Italiaan de geeyschte vyftig Ryksdaalders voor te tellen, doch die Fransche furie koelde weer schielyk, en de Koop wiert gerefereert tot op den volgende Dag; te meer dewyl den Koopman hem beloofde, van hem als dan de behoorlyk verdeelde Stem eens Familiaare Geests te doen hooren.
Zo ras als hy gereverteert was in zyn Logement, verhaalde hy met die Fransche Openhartigheyt die zo doorsteekt in al hun Minnehandelingen, zyn Avontuur aan den Kasteleyn, die zeer na zo wyd bereyst als den beruchte Monsieur Paul, en welk zo doortrapt was. Die oude Hospitaliteyts Ridder belacghte Pelletiers Onnoozelheyt, en hy vertelde hem onder het uytpooyen van zyn Gasts geordonneerde Bouteille Champagne Wyn, Dat men aan hem in Italien wel eer een diergelyken Ring had verkogt, wiens kas met kleyne Gaatjes was doorboort, waar door den Bedrieger die een Zeylsteen in de hand verborgen hielt, dat yzere Schorpioentje dee omdraayen na zyn welgevallen. Monsieur Pelletier keek vry mal op dat Bericht, doch hy voldee echter zyn nieuwsgierigheyt daagsch daar aan, en toen zag hy desgelykx, dat het Schorpioentje de Beweeging van des Italiaansch hand zo naauwkeuriglyk opvolgde, als meenig eerlyk Man de Beweging der Blikken opvolgt van een heersschende Satanninne. Door die Ontdekking viel den aanstaande Koop in duygen, gelyk als een Poolsche Conferentie, en in sté dat Pelletier de vriendelyke Stem eens familiaare Geests zou hooren, hoorde hy de misnoegde Stem des vergramde Italiaans, die hem beval, de Trappen ses aan ses af te springen, op peene van van zyn Opperkleed, Goudbeurs, Orlogie, en alzulke draagbaare Rykdommen ontzet te worden, tot een rechtvaardige Straf over zyn ongeoorloofde Nieuwsgierigheyt.
Ik heb tot Abdera een Fransche Paruykmaaker gekent, (vervolgde den Echo) die vry meer Konsten bezat als het Haair te pynigen, en die onder anderen op een zekere dag een Hoen door de kop stak met een Lancet, welk Hoen hy sluks weer genas door de Uytspraak van deeze drie woorden, Cabur Silok Franfano. Doch op het Moment dat hy het gewonde Hoen genas, gaf hy den Doodsteek aan een Diamante ring, die hy met een Fransche Behendigheyt separeerde van het Toilet, en daagsch daar aan als een pand der Minne, confieerde aan den Smous Grypvogel, die 'er