Hoofdstuk 10
VNV'ers in ballingschap (september 1944-mei 1945)
10.1 De vlucht
De vnv-propaganda had gedurende de laatste maanden van de bezetting de partijgenoten ingeprent dat de leiding op alles was voorbereid. Toen de geallieerde tanks België naderden en de bezetter alles in gereedheid bracht om de wijk te nemen, bleek er geen ander plan te bestaan dan de massale vlucht.
Na de oorlog verklaarde Hendrik Elias dat de vnv-leiding de leden zoveel mogelijk had gewaarschuwd dat wie ‘zich gecompromitteerd achtte er beter aan deed te vertrekken’. De anderen bleven beter thuisGa naar eind1. Het waren bijzonder vage richtlijnen, veeleer aanbevelingen, want de autoritaire leider gaf blijkbaar geen bevelen meer.
Over zijn eigen houding verduidelijkte Elias na de oorlog dat hij aanvankelijk van plan was onder te duiken in Brussel. Toen hij op 30 augustus van Reichskommissar Joseph Grohé vernam dat de Duitsers België niet zouden prijsgeven en dat het land dus een strijdtoneel zou worden, besloot Elias naar Limburg te vertrekken. Grohé had een evacuering naar Noordoost-Limburg voorgesteld. Daar zou voor opvang worden gezorgd. Merkwaardig dat Grohé op 30 augustus nog een defensief optreden in het vooruitzicht stelde. Gerard Romsee wist een dag later aan het Comité van de secretarissen-generaal mee te delen dat hij van Duitse prominenten had vernomen dat de bezetter het land zou verlaten zonder strijd te leverenGa naar eind2. Een dag later liet de hoge ambtenaar weten dat hij uit veiligheidsoverwegingen zijn post zou verlatenGa naar eind3.
Op 2 september 1944 reisde de vnv-leider naar het rustoord van ‘Voor Moeder en Kind’ in Lummen. Hij was vergezeld door enkele top-vnv'ers. Andere vnv-leiders trokken mee met Vlaamse militaire eenheden, nog anderen maakten zoals vele gewone vnv'ers gebruik van de middelen die door de bezetter ter beschikking werden gesteld. De verantwoordelijkheid voor de evacuering lag bij de hsspf Richard Jungclaus. ‘Landsleider’ Jef Van de Wiele zou vanaf 15 augustus besprekingen hebben gevoerd met het bezettingsbestuur over de evacuatie van de leden van de DeVlagGa naar eind4. Van enige gecoördineerde actie van het vnv is geen sprake. Vele vnv'ers trachtten met eigen middelen het land te verlaten, ook omdat het met de door de bezetter en de DeVlag georganiseerde evacuatie al snel misliep. Vanuit de grote steden vertrokken treinen en vrachtwagencolonnes naar het oosten in een chaotische aftocht. De wegen en spoorwegen waren ontredderd door acties van de geallieerden en van het verzet. Richard Jungclaus zou later worden gedegradeerd omdat hij tekortschoot bij de ontruiming van België. In het totaal gingen zo'n 15.000 Vlamingen in politieke ballingschapGa naar eind5.