1.7 Besluit
In de meidagen van 1940 werden enkele tientallen vnv'ers naar Frankrijk weggevoerd en enkelen naar Engeland. Nog meer vnv'ers werden aangehouden maar kwamen tijdig vrij. Willekeur en toeval speelden een grote rol. Sommige arrestaties, zoals die van de mo-top, waren gerechtvaardigd vanuit het standpunt van de Belgische veiligheid. De aanhoudingen en wegvoeringen in de meidagen hebben geen dominerende rol gespeeld in de collaboratie van het vnv. Ze werden wel een propagandistisch wapen in de handen van de vnv-leiding die er gemakkelijk de laatste remmingen bij sommige van haar volgelingen mee kon wegnemen.
Bij de vnv-leiding zelf was er nauwelijks verzet tegen een collaboratiepolitiek. Toch had de vnv-leiding op 14 mei 1940 het parool ‘geen tweede activisme’ aanvaard. Al op 3 juni overhandigde Staf De Clercq de bezetter een memorandum waarin hij zijn partij ‘met raad en daad’ ter beschikking stelde van de bezetter. De vnv-leider speelde in de snelle evolutie een cruciale rol. Hij heeft zich nooit gebonden geacht door de afspraak ‘geen tweede activisme’. De Clercq heeft integendeel onmiddellijk en wellicht nog tijdens de achttiendaagse veldtocht contact gehad met de Abwehr-agent met wie hij al voor de oorlog een relatie onderhield. De vnv-leider wou zijn geheime politiek verzilveren. In zijn memorandum van 3 juni 1940 zinspeelde hij al op het hoogverraad in de meidagen. In de weken die daarop volgden stelde hij een rapport op voor de chef van het okw waarin het vnv zich inzake de Duitse overwinning een en ander tot een verdienste aanrekende. Hij spande zich in om Volk en Staat weer te laten verschijnen. Staf De Clercq zette met deze persoonlijke politiek de gematigde vleugel van de vnv-leiding buitenspel.
De gematigde vleugel kon ook vaststellen dat aan de basis de collaboratie al begonnen was nog voordat er iets was beslist of besproken door de vnv-leiding. vns'ers werden door de bezetter ingezet om sabotage tegen te gaan. vnv'ers traden toe tot de lokale besturen, niet alleen om de postverlaters te vervangen maar ook met de bedoeling de posten definitief te bezetten. De jarenlange totalitaire indoctrinatie van de vnv-militanten kon haar uitwerking niet meer missen. Aan de basis leefde het verlangen om zo snel mogelijk de macht te veroveren. Enige scrupule stond de wil om daarvoor te collaboreren niet in de weg.
De vnv-leiding stapte via twee wegen in de politieke collaboratie. Niet het collaboreren zelf stond ter discussie, wel de manier waarop. Staf De Clercq, gesteund door de radicale vleugel, vroeg de bezetter de oprichting van Groot-Nederland en de toewijzing van de hefbomen van de macht in Vlaanderen aan het vnv. De Clercq ontvouwde in zijn memorandum van 3 juni 1940 een even ambitieus als naïef politiek programma. Hij vroeg de aanhechting van Wallonië en Frans-Vlaanderen bij Groot-Nederland. Daar bovenop wenste hij een vereniging van gebieden, niet van mensen. De Walen werden met deportatie bedreigd. Groot-Nederland moest worden ingeschakeld in de Duitse economie. De Clercq en zijn medestanders zouden spoedig ervaren dat de bezetter niet bereid was propaganda voor deze plannen toe te staan, laat staan dat hij er steun aan zou verlenen. Toen de vnv-leider op 11 juli 1940 met een Groot-Nederlands manifest wou uitpakken, werd hem dat verboden.
De gematigde vleugel van de vnv-leiding legde contacten met het Belgische establishment, met de bedoeling door te stoten tot in de traditionele machtscentra van het land. In de sfeer van de ‘wondere zomer van’ 40' bestond daar de bereidheid tot onderhandelen. Men legde er zich bij neer dat het vnv in het toekomstige België een belangrijke rol zou spelen. Het feit dat de bezetter een aantal vnv'ers met een maatschappelijke topfunctie bekleedde, was een teken aan de wand. Het verzet tegen deze aanstellingen was niet bijzonder groot.
Dat de bezetter vnv'ers in de Belgische overheidsdiensten parachuteerde, was een gevolg van de Flamenpolitik van het Militaire Bestuur en van de instructies van Adolf Hitler inzake België. Hitler had nog geen definitieve beslissing genomen over het politieke lot van België.