Greep naar de macht
(1994)–Bruno De Wever– Auteursrechtelijk beschermdVlaams-nationalisme en Nieuwe Orde. Het VNV 1933-1945
8.2 Het VerdinasoHet Verdinaso bleef niet onberoerd door de concentratie-ijver van de extreem rechtse partijen. Frantz Van Dorpe nam in juli 1936 namens het Verdinaso deel aan het congres van de Vlaamse Concentratie in Leuven. In september publiceerde Willem Melis in Hier Dinaso! een artikel onder de titel ‘Naar het ene Nationale Front!’. Het was een duidelijke uitnodiging aan | |
[pagina 292]
| |
het adres van het vnv. De Schelde reageerde verheugd. Het werd tijd om het verleden te vergeten en een eind te maken aan het verleden, luidde het in het redactionele artikelGa naar eind8. Er waren toen al vertrouwelijke besprekingen aan de gang tussen leden van het Verdinaso en vnv'ers. Net zoals in het vnv bestond in het Verdinaso verdeeldheid over de wenselijkheid van de samenwerking met andere politieke groepen. Joris Van Severen had een samenwerking met het vnv steeds resoluuut van de hand gewezen. Alleen de opslorping van het vnv door het Verdinaso was voor hem denkbaar. Sommige luitenants van de Verdinaso-leider meenden dat het tijd werd om deze aanmatigende houding te verzachten. Het waren vooral Emiel Thiers, Frantz Van Dorpe en Willem Melis die aanstuurden op onderhandelingen met het vnv. Ten tijde van de geheime onderhandelingen tussen Rex en vnv waren er ook besprekingen tussen leidinggevende dinaso's en vnv'ers, met name tussen de drie genoemde dinaso's enerzijds en Bert D'Haese en Gerard Romsee anderzijds. Melis en D'Haese hadden in 1934 ook al gesprekken gevoerdGa naar eind9. De schrik om uit de boot te vallen bij een eventueel samengaan van Rex en vnv speelde zeker een rol bij de Verdinaso-onderhandelaars. ‘Wanneer dinaso en vnv zullen verenigd zijn zullen wij een macht vormen, zo niet worden wij allen door Rex opgepeuzeld, omdat wij afzonderlijk over geen middelen beschikken [...],’ schreef Melis aan Van Dorpe na zo'n onderhoudGa naar eind10. Zelfs Joris Van Severen scheen bereid uit zijn ivoren toren te treden. Op 28 september 1936 schreef hij een brief aan Staf De Clercq met de vraag een vergadering te beleggen om de voorwaarden tot samenwerking te besprekenGa naar eind11. Het is niet bekend of hier van vnv-zijde enig gevolg aan werd gegeven. In ieder geval is het zeker dat de vergadering niet plaatsvond. Misschien maakte de afkondiging van het akkoord Rex-vnv verdere onderhandelingen onmogelijk. Volk en Staat beweerde later dat de Verdinaso-onderhandelaars hadden beloofd een concreet plan tot samenwerking op te stellen en ter onderhandeling voor te leggen aan de vnv-leiding. Daar kwam echter niets van terecht. Joris Van Severen legde op 29 oktober 1936 op een meeting in Gent een verklaring af die neerkomt op een uitnodiging om tot het Verdinaso toe te treden. Net zoals vroeger wenste Van Severen maar samen te werken met degenen die zich onderwierpen aan zijn conditiesGa naar eind12. De houding van Joris Van Severen leidde tot spanningen binnen het Verdinaso. In de organisatie was een burgerlijke vleugel gegroeid die uit het politieke isolement wilde geraken. De dmo, nog steeds de ruggegraat van het Verbond, bleef echter vasthouden aan het concept van een revolutionaire machtsgreep. Van Severen zou de volgende jaren aan de burgerlijke vleugel van zijn Verbond tegemoet komen. Hij nam verscheidene initiatieven die het Verdinaso salonfähig maakten. Al in november 1936 had in Brussel in een chic hotel de projectie plaats van een film over een Verdinaso-landdag. Zo poogde men de Brusselse bourgeoisie te benaderen. Er werd een ‘Comité voor Politieke en Sociaal-Economische Voorlichting’ opgericht - in feite een mantelorganisatie van het Verdinaso - dat in de winter 1937-1938 voordrachten hield met als sprekers de Leuvense hoogleraar Leo Van der Essen, Louis de Lichtervelde, Frans Van Cauwelaert, Tony Herbert en Joris Van SeverenGa naar eind13. Het Verdinaso kreeg inderdaad respectabiliteit in gevestigde kringen. Sommige Vlaamse katholieken prezen Van Severen om zijn ‘verantwoordelijkheidszin’. Opmerkelijk was bijvoorbeeld de houding van Elckerlyc, de spreekbuis van Frans Van CauwelaertGa naar eind14. Zonder twijfel werd het Verdinaso hierin geprezen met de bedoeling het vnv te treffen. Evenzeer opmerkelijk was de houding van Tony Herbert. In zijn voordracht trok hij van leer tegen het separatisme. Zijn betoog was volledig gericht tegen de stellingen van het vnv. Hendrik Borginon schreef Herbert een brief waarin hij hem wees op zijn verantwoordelijkheid voor de politiek van het vnv. Herbert antwoordde dat hij zichzelf nooit tot de radicale anti-Belgische vleugel had bekendGa naar eind15. De Verdinaso-leider stemde zijn politieke koers steeds meer af op de Belgische Staat. Op de Landdag van 29 augustus 1937 marcheerde de dmo op achter de Belgische en de Neder- | |
[pagina 293]
| |
landse vlag. Van Severen verklaarde in zijn landdagrede dat België niet hoefde vernietigd te worden om het Dietse Rijk te vestigen. Hij beschouwde de Walen voortaan als deel uitmakend van het Nederlandse volk. Op 30 april 1938 sprak hij over de geopolitieke eenheid van de zeventien provinciën van het ‘Dietse Rijk der Nederlanden’. In dit Rijk zou niemand belemmerd worden in het gebruik van zijn taal. Elke leider of ambtenaar diende minstens viertalig te zijn, droomde de Verdinaso-leider hardop. Op de Landdag van 11 september 1938 sprak een Waalse dinaso in het Frans. In de zaal waren Franstalige opschriften aangebrachtGa naar eind16. Er werden Franstalige uitnodigingen rondgestuurd, ook naar Franstaligen in VlaanderenGa naar eind17. Er verscheen een dinasoblad in het Frans: L'Ordre Thiois. De politieke lijn van de ‘nieuwe marsrichting’ werd verder doorgetrokken. Het Verdinaso trok steeds scherper van leer tegen het ‘separatisme’, waarmee het Vlaams-nationalisme werd bedoeld. Bij de gemeenteraadsverkiezingen van 1938 steunde het Verdinaso ‘bekwame’ kandidaten op diverse lijsten. ‘Wij hebben alleen duidelijk stelling genomen tegen de marxisten, tegen de vrijmetselaars en tegen de separatisten! Wij weten dat het drie gevaren zijn die ons land bedreigen’, aldus een Verdinaso-pamflet omstreeks die tijdGa naar eind18. Voor het vnv was het Verdinaso een Belgisch-nationalistische beweging geworden. Hendrik Elias betoogde in het vnv-programma van 1937 dat het Verdinaso de weg opging van de sterk gecentraliseerde Belgische StaatGa naar eind19. De vnv-pers vond in de Verdinaso-politiek steeds meer punten waartegen van leer kon worden getrokken. De polemiek, die nooit erg vriendelijk was geweest, werd er niet bepaald zachtzinniger op. In het vnv onderscheidde vooral Reimond Tollenaere zich in de aanvallen op het Verdinaso. Toen hij in Oostnieuwkerke op een vnv-vergadering sprak over ‘het verraad van het Verdinaso’ werd hem het spreken onmogelijk gemaakt door een vijftigtal dmo'ers. Nu was het hek helemaal van de dam. In Volk en Staat schopte de vnv-propagandaleider wild om zich heen. Sinds ‘de uitdrukkelijk-Belgische Landdag met de Belgische decoraties en de aanbidding van de driekleur’ beleeft het Verdinaso zijn laatste stuiptrekkingen, schreef hijGa naar eind20. Joris Van Severen beschuldigde hij van verraad aan de Vlaamse volksgemeenschap. Enkele dagen later daagde hij Van Severen uit tot een debat. Hij noemde Van Severen een lafaard als hij de uitdaging niet aanvaarddeGa naar eind21. Naarmate de internationale toestand meer gespannen geraakte, schaarde het Verdinaso zich des te enthousiaster achter de politiek van de Belgische koning. Toen Leopold iii toenadering zocht tot Nederland, juichte het Verdinaso dit toe. Bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog riep Van Severen zijn volgelingen op de meest voorbeeldige Belgische soldaten te zijn. Eind 1939 richtte de Verdinaso-leider samen met Pierre Nothomb de ‘Ligue pour L'Indépendence Nationale’ op. De Liga pleitte voor een nauwe samenwerking tussen België, Nederland en LuxemburgGa naar eind22. Hier Dinaso! eiste de ontbinding van alle separatistische organisaties. Toen in januari 1940 Volk en Staat werd verboden juichte het weekblad de maatregel toeGa naar eind23. Schijnbaar was er op het einde van het Interbellum niet veel meer dat het Verdinaso en het vnv bond. Toch zou geen twee jaar later een belangrijk deel van het Verdinaso onder druk van de bezetter samenwerken met het vnv. Dat die fusie (in feite een opslorping) erg moeizaam verliep is o.m. te verklaren door de jarenlang erg bitse verhouding tussen de partijen. Maar dat het toch tot een samenwerking kwam, bewijst dat er toch nog een gemeenschappelijke band bestond tussen de beide groepen. Beide waren voortgesproten uit een anti-Belgisch Vlaams-nationalisme. Joris Van Severen zou daarvan de gevolgen ondervinden. In de meidagen werd hij als staatsgevaarlijk element opgepakt en gedeporteerd. De Belgische gezagdragers hadden blijkbaar niet veel vertrouwen in de gewezen separatist en Groot-Nederlander. De moord op Joris Van Severen zal voor velen van zijn volgelingen een reden zijn geweest om zoals de anti-Belgische vnv'ers de collaboratie in te stappen. Maar verklaart dát alleen de ontwikkeling van een belangrijk deel van de dinaso's? Ik meen van | |
[pagina 294]
| |
niet. Even belangrijk was m.i. het feit dat er al die tijd een ideologische band was blijven bestaan tussen het Verdinaso en het vnv. Beide vonden hun oorsprong in een fascistische geestesstroming. In beide groeperingen werden de leden ervan doordrongen dat het doel van de politieke strijd maar bereikt kon worden door een totalitaire machtsovername. Beide gingen een echte confrontatie uit de weg en beperkten de revolutionaire strijd tot woordradicalisme. Bij beide constateert men een stijgend machtsgevoel onder de militanten en een groeiende discrepantie tussen ingebeelde macht en feitelijke macht. Voor beide groepen bood de Duitse bezetting een uitkomst. Ze hoopten met de hulp van de bezetter te bereiken wat ze in het vooroorlogse democratische bestel onmogelijk konden lukken. |
|