Greep naar de macht
(1994)–Bruno De Wever– Auteursrechtelijk beschermdVlaams-nationalisme en Nieuwe Orde. Het VNV 1933-1945
[pagina 290]
| |
Hoofdstuk 8 Het VNV in de Belgische politiek (1936-mei 1940)8.1 Het VNV en de andere partijenDe concentraties Rex-vnv en kvv-vnv zijn het belangrijkste aspect van de verhouding van het vnv tot de andere politieke partijen. Ik heb deze problematiek hierboven uitvoerig behandeld en ik zal er hier maar zijdelings op terugkomen. Het vnv werd door de socialistische, christen-democratische en liberale pers afgeschilderd als een fascistische en duitsgezinde partij. Het aantal artikelen in die zin ging van 1936 tot 1940 in stijgende lijn. Spanningsmomenten zoals verkiezingen en oorlogsdreiging zorgden voor een vloed aan anti-vnv-artikelenGa naar eind1. Vooral de christen-democratische pers trok van leer op momenten van verhoogde agitatie, vooral tijdens de verkiezingsstrijd Degrelle-Van Zeeland en de verkiezingen van 1938 en 1939. Er waren ook momenten dat de politieke ontwikkelingen de bladen noopten tot een voorzichtige houding. Vaak werd de berichtgeving over het vnv bepaald door de interne strijd in de kvv en in de katholieke zuil. Het concentratieblad Nieuw Vlaanderen en De Standaard zijn het vnv steeds blijven steunen, ook toen de partij aan alle kanten werd aangevallen. De campagne tegen het vnv in de socialistische pers was intens en bestendig. In Vooruit schreef August Balthazar scherpe en rake artikelen. In de beginjaren van het vnv had hij ook al gewaarschuwd voor het fascistische karakter van de partij. Op 7 april 1938 schreef hij dat zeer velen het nationaal programma van het vnv konden bijtreden. Maar het vnv stond voor heel wat meer dan zijn nationaal programma. ‘Ge hoeft maar de rest van het [...] programma te bekijken en de partijformatie na te gaan,’ betoogde hij, ‘beide zijn een afgietsel van het Duitse nationaal-socialisme, waarvan trouwens de lof regelmatig gezongen wordt in het persorgaan van het vnv, Volk en Staat.’ Strijd reageerde onder de titel ‘Gezel Balthazar zingt een oude franskiljonse schlager: De Vlaams-nationalisten zijn Duitsers’. Zoals steeds verwees Strijd naar de passage uit de landdagrede van 1934 waarin de vnv-leider zei dat het vnv niets te kopiëren had van het ‘Hitlerisme’. Over Balthazars argumenten (partijprogramma, partijformatie en Volk en Staat) werd zedig gezwegen. Al van in de beginjaren van het vnv springt vooral de scherpe antisocialistische campagne in het oog. Tijdens de verkiezingsstrijd van 1936 bereikte die campagne een hoogtepunt. Na de verkiezingen luwde ze niet, maar kreeg ze integendeel een nieuwe impuls onder invloed van de pleidooien voor een rechts anticommunistisch (in feite antisocialistisch) front die aan de rechterzijde algemeen te horen waren. Tijdens zijn eerste belangrijke rede in de Kamer hekelde vnv-leider Staf De Clercq ‘verbroedering tussen socialisten en communisten’Ga naar eind2. De Schelde blokletterde: ‘Het vnv centrumkracht van verzet tegen het bolsjewisme in Vlaanderen. Uitgejouwd door de communisten en een gedeelte der socialisten wordt leider Staf De Clercq toegejuicht door de staatskatholieken, de liberalen, de rexisten en de Vlaams-nationalisten, wanneer hij verzamelen blaast tegen het bolsjewistische gevaar’Ga naar eind3. De uitval van de vnv-leider was in de eerste plaats gericht tegen de bwp. De Communistische Partij had in Vlaanderen geen enkele verkozene. Het zg. communistische gevaar was in Vlaanderen een illusie. Het was er vooral om te doen een breuk te veroorzaken in de regeringscoalitie door katholieken en liberalen te vervreemden van de bwp. De pijlen werden evenzeer gericht op de christen-democratie. Het acw en het acv waren, net als de bwp, de wegbereiders van het communisme in Vlaanderen. In de vnv-pers verschenen tientallen | |
[pagina 291]
| |
artikelen die op dit thema hamerden. Volk en Staat schreef op 22 februari 1937 dat het communistische gevaar in Vlaanderen allesbehalve denkbeeldig was. Vlaanderen lag nog altijd in België en in dat land waren er 900.000 marxistische kiezers, aldus de krant. De marxisten zijn bovendien ‘zo sterk in de regering vertegenwoordigd, dat zij er het goed en het slecht weer maken’. De socialistische jeugdbewegingen worden door communisten beheerst en de ‘werkstakingen hebben bewezen hoe de marxistische syndicaten worden voortgedreven door communistische agitators’. In de meeste artikelen werd de bwp zonder meer geassocieerd met het marxisme of het communisme. Slechts een enkele maal werd er gedifferentieerd. Dat deed bijvoorbeeld Hendrik Elias in zijn commentaar op de spanningen in de bwp toen Paul-Henri Spaak als eerste minister de toenadering tot het Burgos-regime goedkeurde. Spaaks politiek werd op een bwp-congres afgekeurd. Elias schreef dat Spaaks gevecht bewondering afdwongGa naar eind4. Hij suggereerde dat hij af te rekenen had met dezelfde ‘hetzers’ in de bwp die ook het vnv aanvielen. ‘De socialistische hetze tegen ons, Vlaams-nationalisten, het opzwepen van de driften der massa tegen al wie het marxisme de voet dwars wil zetten, het onvoorwaardelijk partijkiezen voor al wat rood en joods is, dit alles heeft de socialistische massa zo opgezweept dat de haatbonzen van de partij op de congresvergadering hun slag hebben thuisgehaald.’ De antijoodse campagne - waarover ik elders handel - en de antisocialistische campagne gingen hand in hand in de vnv-propaganda. Joden waren net als socialisten steevast marxisten en oorlogsstokers. De bwp steunde de joodse ‘hetzers’. Het vnv probeerde de spanningen die de joodse immigratie in de socialistische vakvereniging veroorzaakte, uit te spelenGa naar eind5: ‘Wie zien de socialisten nu liever aan het werk, onze arbeiders [...] of de vreemdelingen en de joden? Dat ze het eens klaar en duidelijk aan onze werklieden zeggen. De joodse werklieden, voor zover er onder de joden werklieden zijn, zullen hier werk aanvaarden aan gelijk welke voorwaarden, tegen gelijk welk loon [...]. Aldus zullen ze meehelpen de lonen neer te drukken. Is dat het wat de socialisten willen?’ Niet alleen in de perspolemieken ging het er soms ruig aan toe. Toen de kamervoorzitter Camille Huysmans door rexisten en Vlaams-nationalisten werd geïnterpelleerd over zijn bezoek aan het republikeinse Spanje en de interpellanten zijn ontslag eisten, kwam het op de parlementaire banken tot een handgemeen tussen rexisten en Vlaams-nationalisten enerzijds en socialisten en communisten anderzijdsGa naar eind6. Men kan besluiten dat de antisocialistische houding het meest kenmerkend was in de relatie van het vnv tot de andere partijen. Uit de concentratiegeschiedenis is gebleken dat het antisocialisme een van de belangrijkste drijfveren was tot de rechtse frontvorming. De radicale en de gematigde vleugel vonden elkaar in dat antisocialisme. Zelfs een gematigd en immer kritisch man als Hendrik Borginon steunde het antisocialisme kritiekloos. Toen Frederik Carel Gerretson in maart 1937 er bij Borginon zijn ongenoegen over uitte dat het Vlaams-nationalisme volledig ondergeschikt was geraakt aan ‘een eindeloze en nutteloze kamp tussen fascisme en communisme’, antwoordde Borginon dat hij van mening was dat het vnv ‘de tijdsideologie moest benuttigen’Ga naar eind7. Voor een koppeling van het Vlaams-nationalisme aan het fascisme bestond volgens hem geen risico. Wist Borginon niet beter? Men vraagt het zich af wanneer men zijn talrijke kritische brieven aan de vnv-leider leest. |
|