de la Mosson, ‘maréchal général des logis des camps et armées du roi, trésorier général des Etats de la province du Languedoc:
‘Monsieur, mijn persoon en mijn talenten zijn u reeds zoo zeer gewijd dat het voortaan onnoodig lijkt uw naam aan het hoofd van mijn werken te plaatsen; maar zou ik geen onrecht begaan aan hem, die ik er onkundig van liet, dat het alleen het succes is dat mijn werk bij u heeft gehad waardoor ik heden in staat ben dit het publiek aan te bieden?’
Zoo zeer hoveling was Couperin niet. Hij is een groot componist, die, zoo hij zich al tot het gezelschap richt, dit op een hoofsche en voorname manier doet. Bij de eerste aflevering van zijn ‘pièces de clavecin’ geeft hij een toelichting van wat deze muziek met haar bovenschriften wil uitdrukken:
‘Ik heb steeds, deze stukken componeerend, voor den geest gehad de verschillende gelegenheden, die mij daartoe aanleiding waren: de titels beantwoorden zoodanig aan de ideeën, die ik heb gehad, dat men mij van nadere preciseering zal willen ontslaan. Wanneer er intusschen onder deze titels eenige mochten zijn, die schijnen te willen vleien, waarschuw ik er voor dat zij het opschrift zijn van stukken, die een soort portretten bedoelen, welke men soms nog al gelijkend heeft