Slauerhoff

[p. 141]

Drie verschillende publicaties van eenzelfde gedicht:
Kapitein Ledoux

In: Een Eerlijk Zeemansgraf, 1936:
Kapitein Ledoux
Familie-drama in zes regels

Personen:	Waardin Manon,
	Kapitein Ledoux,
	Het kind.
Tafreel:	Een zeemanshuis.

‘Hé, Ledoux, wat goede wind dreef u weer binnengaats?’ -
‘Een sterke, Manon. 't Schip reed een rare schaats.
We hadden averij, 'n kapotte groote steng, ja....
Klein ongeluk, je klimt niet zoo maar op de knie
Van een kaptein!’ - ‘Laat hem maar, vader. Zie
Uw zoon. Lijkt hij niet sprekend?’ -

‘Wat, dat kleine kreng! Ha!’

(Naar Corbière)

In: Erts, 1929:
Bij Wed. Galmiche, Sailor Home
Familie-drama in zes regels (naar Corbière)

‘Goeden morgen, Ledoux. 't Is haast vier jaar geleden.
Hoe kom je hier verzeild?’

‘“Niet zonder reden:

We hebben zware averij, 'n kapotte steng....

[p. 142]

 

Klein ongeluk, je klimt niet zoo maar op de knie

 

Van een kaptein!”’

 

‘Laat hem maar. Vader, zie

 

Uw zoon. Lijkt hij niet sprekend?’

 

‘“Wat! Dat kleine kreng?”’

In: Archipel, 2e dr., 1929:
Kapitein Ledoux
Familiedrama in zes regels

‘Jij weer hier, kapitein! Dat 's wel zes jaar geleden.
Hoe kom je hier verzeild? - Niet zonder reden.
We hadden zware averij, een kapotte steng....
Klein ongeluk, je klimt niet zoo maar op de knie
Van een kaptein! - Laat hem maar. Vader, zie
Uw zoon. Lijkt hij niet sprekend? - Wat! Dat kleine kreng?’

(Naar Corbière)