Alberic Magnard over zichzelven
Het tragisch einde van den Franschen componist Alberic Magnard op 3 September 1914, toen hij te Senlis zijn landhuis verdedigde tegen plunderende uhlanen, heeft eerst in het buitenland de aandacht op hem doen vestigen. Langzamerhand hoorden wij ook in Nederland eenige werken van hem, o.a. een vioolsonate en de ‘Hymne à la Justice’. Hij schreef ook een opera ‘Bérenice’, die in Frankrijk hoog wordt geschat. Ten onzent zijn tegen de werken van Magnard bedenkingen geopperd, in het bijzonder wat men zijn on-Fransche componeerwijze noemde. Gustave Doret drukt nu in zijn bundel ‘Musique et musiciens’ een ironisch getinte verklaring af, die Magnard over zichzelven gaf naar aanleiding van zijn ‘Bérenice’:
‘Ik wil allereerst,’ zegt hij, ‘de bewonderaars van Racine geruststellen. Ik houd te veel van zijn Bérenice dan dat ik het niet zou hebben gerespecteerd.