‘Vroeger’, zei ik tegen mijn gezelschap, ‘lei hier ook een regiment mitrailleurs...’
‘'t Is vrij dicht bij Barcelona...’, zei hij.
Wij kwamen toevallig, om de handschoenen te kopen, door de straat waar vroeger de kazerne stond. Er was een muur van puinstenen, en daarachter het niets der verwoesting.
Hierna bezochten wij, omdat ik nu eenmaal verzot ben op ansjovisjes in olijfolie, mijn twee oude vrienden, kruideniers te Tarragona. Zij maakten het best, na tien jaar, zeiden zij. Het kon beter, maar men deed zijn zaken in vrede.
En hoe het geweest was? En wie in de burgeroorlog de meeste worst had meegenomen, de republikeinen of de tegenwoordige heersers? Neen, zei de een, de republikeinen misschien iets meer, maar ze betaalden eerlijk. Die verdoemelijke anarchisten evenwel...
Neen, zei de ander. Dat was wel meegevallen. De eigen troepen misschien iets meer; maar ze betaalden eerlijk, die van Franco. Die verdoemelijke Italiaanse soldaten evenwel...
Maar, zeiden ze allebei, er was thans weer volop worst en van de beste. Indien het UEd. behagen mocht...
Het behaagde mij zeer. (‘Ik begrijp niet’, zei mijn gezelschap, ‘wat u aan die worst met knoflook vindt...’)
‘Zo ziet men’, zei ik tegen mijn gezelschap, ‘hoe moeilijk het is waarheid te weten, in zake politiek en vleeswaren, als anderszins...’
Wij aten met andere vrienden dat volmaakte Spaanse gerecht ‘arroz con pescado’ (domweg vertaald rijst met visjes, maar ik spreek er u nader over, daar komt saffraan aan te pas, goede olijfolie, mosselen, reepjes inktvis, en vele andere schatten van Neptunus). En wij aten het met de blauwe zee in het verschiet, diep onder de zware stenen voorhistorische muren van Tarragona. (Ik prefereer, aan tafel, het uitzicht op een eeuwig landschap altijd verre boven dat op een Hongaars of ander heer met een viool of ander instrument...)
Daarna zeide onze vriend dat wij de Romeinse en heidense begraafplaats eens moesten zien, die men ontdekt had bij de oprichting van de sigarettenfabriek. Ik had andere gedachten over mijn dessert, maar het mocht niet baten. Ik probeerde beleefd, hij drong beleefder aan, ik verzette mij met de uiterste hoffelijkheid, en hij zette mij in een automobiel. (Wanneer een Spanjaard werkelijk iets wil, dan geschiedt het aldus.)