Verzamelde gedichten(1970)–J.W.F. Werumeus Buning– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 387] [p. 387] Winter-akoniet [pagina 389] [p. 389] Droom van de witte akelei Ze kwam en wandelde met mij En knielde aan een beek en zei: Dit is de witte akelei. Ze streelde het licht sidder-gras, En zeide: Dit is Gods gewas Dat boven mijn hoofd zingend was. Zij zei: Onder dit grasgeruis Ligt nog in haar vergeten huis Het wit geraamte van een muis. Zei zei: Hoe hoog hier bomen staan Eens is het daarmee ook gedaan, Dan kunnen wij weer samengaan. Ik vroeg: Gij zijt toch dood, en dan, Waar krijgt gij dit nieuw leven van? Zei zei: 't Is maar voor kort, mijn man. Alleen voor u, en maar voor even, Dat er in verzen staat geschreven Hoe stil de doden verder leven. Vorige Volgende