Verzamelde gedichten(1970)–J.W.F. Werumeus Buning– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 127] [p. 127] Sonnet Om te verwensen niet, en niet om te beklagen Herdenk ik u en dat hoogmoedig hart, Vrij als een hert, waarop ik dorst te jagen. Het is voorbij, mij rest een hijgend hart. U raakt geen pijl, gij hert, gij zwarte en gezwinde, Verblindende, pijl zelve van Gods boog. Ik prijs mijn lijf, waar gij het wist te wonden Recht in de borst, mij aanziend oog in oog. Wáár 'k u mocht wederzien, zie vrij aan mij voorbij! Ik vraag geen blik, geen woord, geen troost, geen medelij. 'k Sta recht voor u, gij engel van mijn lot; Ik zoek het paradijs, dat gij, mijn Gabriël, Bewaakt. Ik ken de hand, die slank en sterk en snel, Mij nedersloeg. Verdedig uw verbod! Vorige Volgende