[Wrijver]
WRIJVER, z.n., m., des wrijvers, of van den wrijver; meerv. wrijvers. Van wrijven. Bij Halma een werktuig, om te wrijven, een stijve borstel. Voorts ook al wie wrijft: de wrijvers van de verf. Wegens een vrouwelijk wezen gebruikt men wrijfster, dat bijzonderlijk iemand aanduidt, die houtwerk gladwrijft: het is eene goede wrijfster.