dat haer lieder niet en is. Van onze woonplaats, maatschappij, enz. verwijderd: er zijn vreemde lieden op het dorp. Als al de leden verschijnen, zal er weinig plaats voor vreemden overblijven. Die vreemden gingen de kerk spoedig wederom uit. Van bloed. verwantschap, echtverbintenis, enz met ons, verwijderd: 'k zie mij, als vreemd, van broederen zelf geweerd L.D.S.P. Eene vreemde vrouwe ìs een enge put. Bijbelv. Vreemde kinderen naar zich nemen. Zijn goederen vreemden vermaken. Het van niemand vreemds hebben, is, het van zijne ouderen ontleenen. Van onze eigendommen verwijderd, ons niet toebehoorende: jaag dien vreemden hond uit het huis. Een vreemd paard, eene vreemde zweep. Vreemde goederen naar zich schrapen. Van alle betrekking tot ons verwijderd, ons niet aangaande: bemoei u toch, zoo min mogelijk, met vreemde zaken! Oneigenlijk, is vreemd haar het tegenoverstaande van eigen; in: vreemd haar dragen. En vreemd gaat vervolgens over tot de beteekenis van ongewoon, zonderling: welk eene vreemde kleeding en opschik! Dat is eene vreemde uitdrukking. Die zijn geacht als wat vreemts. Bijbelv. Vremde lust, vrouwenlust, Kil. Onbekend: mijn adem is mijner huijsvrouwe vreemt. Bijbelv. Die taal was mij vreemd. Al wat ik hoor en zie is mij even vreemd. Buitensporig: ik hoop, dat hij van dien vreemden handel terug komen moge. De wech des menschen is gansch verkeert en vreemt. Bijbelv. Bevreemding wekkend: dat kwam mij zeer vreemd voor. Ik
vind het gansch niet vreemd. Als bijw., met bevreemding, met verbazing: hij zal vreemd toehooren. Wat keek hij vreemd op! Zonderling: zich vreemd opschikken. Als of men ergens mede onbekend was: houd u zoo vreemd niet. Die haet draegt, gelaet zich vreemt met sijne lippen. Bijbelv. Van hier vreemdelijk, vreemdeling, vreemden, vreemdheid, vreemdigheid, vreemdte, enz.
Vreemd, Kil. vremd, hoogd., angels., vries. fremd. Kero., Ottfrid., Notk. fremid, fremed, deen. fremmed, zweed. fraemmande, komt van het oudd. fram, weg en verwijdering, verwant aan het eng. from, uit, van; of het is zamengetrokken uit verheemd,