Nederduitsch taalkundig woordenboek. T-U. V
(1810)–P. Weiland– Auteursrechtvrij
[pagina 307]
| |
trappen. Eigenlijk een deelw. van verwonden. Als bijv. n. gekwetst: hij genas den verwonden vijand. Daer bleven van hen eenige verwondde mannen over. Bijbelv. Ook op zich zelf, als z.n., er waren meer dooden, dan verwonden. Zij spotten met de smart van uw verwonden. L.D.S.P. Als bijw., in den staat van eenen verwonden: hij lag verwond op het slagveld. Van hier verwondheid. |
|