[Vervulling]
VERVULLING, z.n., vr., der, of van de vervulling; meerv. vervullingen. Van vervullen. De daad van vervullen, in de verschillende beteekenissen van dit woord: vervulling der mate. Tot vervulling van uw begeren. Bij de vervulling van die voorspelling. Het gene tot vervulling dient: so is dan de liefde de vervullinge der wet. Bijbelv. Bijzonderlijk, een middel tot vervulling van behoeften: dat is eene groote vervulling in een huishouden. Hooft bezigt het zelfst. vervul, voor vervulling, voleinding (complementum): 't begintzel en 't vervul.