[Verhandeling]
VERHANDELING, z.n., vr., der, of van de verhandeling; meerv., verhandelingen. Verkleinw., verhandelingje. Van verhandelen. De daad van verhandelen: door verhandeling van die koopwaren. Een opstel, waarin iets verhandeld wordt: die verhandeling is boven allen lof. Zamenstell.: verhandelingschrijver, enz. Prijsverhandeling, enz.