[Tarbot]
TARBOT, z.n., vr., der, of van de tarbot; meerv. tarbotten. Verkleinw. tarbotje. Eene bekende soort van zeevisschen, tot het geslacht der platvisschen behoorende: in Engeland houdt men ongemeen veel van tarbot. Zamenstell.: tarbotaas, tarbotvangst, tarbotvisscherij.
Tarbot, fr., eng. turbot, hoogd. terbutte, en butte, bestaat, even als heilbot, voor het laaste gedeelte, uit bot, maar het eerste gedeelte is van eenen onzekeren oorsprong.
Auteursrechtvrij