[Stootplaat]
STOOTPLAAT, z.n., vr., der, of van de stootplaat; meerv. stootplaten. Verkleinw. stootplaatje. Van stooten en plaat. Eene plaat onder aan het gevest van eenen degen, waardoor de hand van hem, die daarmede schermt, tegen de stooten van zijne partij beveiligd wordt: knop en stootplaat zijn met goud ingelegd.