[Stoepen]
STOEPEN, een verouderd werkw., dat, volgens Kil. weleer niet slechts evenveel was, als slaan, geeselen, maar ook als iemands hoofdhaar tegelijk met het vel aftrekken. Van hier, volgens denzelfden Kil. stoepe, dat de daad van het gezegde werkw. plagt aan te duiden. Stoepen, voor op de stoep staan, of zitten, zie stoep.