[Sterrelicht]
STERRELICHT, bijv. n., zonder trappen van vergrooting; en zelfst. n., o. Van ster en licht. Door de sterren verlicht: een sterrelichte nacht. Het was donkere maan, maar sterrelicht. Als een z.n., het licht der sterren: of d'aandacht vest op maan- en starrenlicht. L.D.S.P.